Column: The week after
10 Aug 2015, 15:22
foto
Sandew Hira


Vorige week maandag heb ik een persconferentie gehouden waar ik mijn analyse, visie en plan van aanpak rond de getuigenis van president Bouterse heb gepresenteerd. Die persconferentie vond plaats te midden van heftige discussies over mijn voorstel.
De vragen van en de discussie met de journalisten heb ik als heel positief ervaren. Van ieder argument probeerden ze de zwakke punten op te sporen. Daardoor leverden ze een wezenlijke bijdrage aan de opinievorming. Een kritische pers is een essentieel onderdeel van de democratie.

De persconferentie was bedoeld als een educatieve exercitie in hoe je complexe en emotionele vraagstukken als de Decembermoorden zou kunnen analyseren en daar actie op zou kunnen ondernemen. Na de persconferentie ben ik aan de slag gegaan met het eigenlijke werk: het opzetten van het onderzoek.
Een groot deel van het onderzoek zal in Suriname gedaan worden. We gaan een database ontwikkelen om de gebeurtenissen vanaf 1979 bij processen van geweld op een systematische manier vast te leggen (de database heet Historische Tijdlijn Suriname HTS). De database wordt gevuld op basis van informatie uit openbare bronnen (kranten, boeken, video- en audio, interviews) en archieven. Het gaat om het vastleggen van gebeurtenissen die hebben geleid tot processen van geweld: wie (personen/instituten) heeft wat gedaan, waar, wanneer en waarom.
Veel aandacht zal geschonken worden aan de 437 mensen die om het leven zijn gekomen tijdens de Binnenlandse Oorlog (op 8 december zijn 15 mensen omgekomen). We willen zoveel mogelijk betrokkenen en nabestaanden interviewen. De ervaringen van wat er is gebeurd en hoe dat het leven van de mensen heeft beïnvloed, staan centraal.

We gaan mensen aantrekken om al dit werk te doen. Vrijwilligers zijn van harte welkom, maar we baseren het werk niet uitsluitend op vrijwilligers.
Het eerste vraagstuk was het vinden van een projectleider. Die hebben we gevonden in de persoon van Ramon Cumberbatch. Ramon is een deskundige op het gebied van de Surinaamse geschiedenis en het archiefwezen. Ik ken hem al jaren en weet dat we samen een goede onderzoeksleiding zullen vormen. Ramon zal een team van deskundigen vormen om het onderzoek te begeleiden.
Het tweede vraagstuk was het opzetten van een relatie met de archiefinstanties. Ik heb de regering gevraagd om de archieven voor ons team te openen, met name de gesloten archieven van het Nationaal Archief, de ministeries van Defensie en Justitie en Politie.

Ik wil de integriteit van de data respecteren en niet iedere onderzoeker uit ons team de gevoelige informatie laten raadplegen. Dat is voorbehouden aan de projectleider, mijn persoon en getrainde onderzoekers van het Nationaal Archief.
Het Nationaal Archief is uit hoofde van haar functie een belangrijke partner voor ons instituut (International Institute for Scientific Research). De onderzoekmedewerkers zijn getraind in het werken met de archieven. Ik heb het Nationaal Archief gevraagd om dit onderzoek te ondersteunen met zijn expertise. Het materiaal dat we gaan verzamelen zal uiteindelijk bij het Nationaal Archief worden ondergebracht. IISR en het Nationaal Archief gaan een overeenkomst aan om dit alles netjes te regelen.

Ik heb een vliegende start kunnen maken zonder al te veel problemen. Ik maak lange dagen. Ik sta op om zes uur en ga rond twaalf uur naar bed. Aan het eind van de avond ben ik moe, maar ik voel me verder prima en ben heel gemotiveerd om dit tot een goed einde te brengen. Het personeel van Residence Inn behandelt me alsof ik familie ben. Ze zijn gastvrij, professioneel en reageren snel op mijn vragen.
Een grote zorg van mijn vrouw – ik ben daar wat luchtiger in – is mijn persoonlijke veiligheid. In een klimaat als deze - waar emotionele discussies gepaard gaan met persoonlijke aanvallen en bedreigingen aan mijn leven - heb je kans dat iemand mij iets probeert aan te doen. De regering heeft een veiligheidsfunctionaris beschikbaar gesteld. Hij is een militair en onderdeel van de veiligheidsdienst met alle logistieke faciliteiten in geval van problemen.

In alle serieuze zaken is er toch nog humor en gezelligheid. Op een avond nam ik een taxi naar een vriend. De taxi chauffeur herkende me en begon een gesprek met me. We kwamen in Paramaribo Noord langs een groot pand.
Chauffeur: “Meneer Hira, u kent u dit gebouw toch?”
Ik: “Nee, wat is het?”
Hij: “Dit is de grootste hoerentent van Suriname. Hier vind je Braziliaanse hoeren in alle geuren, kleuren en maten.”
Ik: “Op grond waarvan denkt u dat ik dit gebouw had moeten kennen?”
Hij: “Neee, meneer Hira, zo bedoel ik het niet!”
Ik: “Heb je een vrouw?”
Hij: “Ija”
Ik: “Is het niet goedkoper en beter om seks te hebben met je vrouw dan met een hoer?”
Hij: “Weet u wat het is. Een hoer doet dingen die je vrouw niet wilt proberen.”
Ik: “Maar dat kun je haar toch leren en vertellen wat je wil?”
Hij: “U kent Surinaamse vrouwen niet. Als ik zeg dat ik iets nieuw wil proberen, dan zegt ze tegen me: ‘Je bent zeker naar de hoeren geweest, no. Donder op!’”
Tja, wat moet je hier nou op zeggen.

Ik had een amusante ervaring met de legertop. Ik had een gesprek aangevraagd met het ministerie van Defensie om de archieven open te stellen. Ik had een afspraak met directeur John Achong. Ik dacht dat het een kort gesprek zou worden. Maar het ontvangstcomité bestond niet alleen uit Achong, maar ook uit de bevelhebber van het Nationaal Leger, de heer Ronni Benschop, en John Antonius van strategisch beleid. Benschop was in het bevelhebbersuniform en Antonius in gevechtstenue (camouflagepak). Achong was in burgerkleding.
Ik dacht: “Oh man! Ik had geen wapens meegenomen en was niet van plan het ministerie aan te vallen. Ik wilde een beleefd gesprek met de eenvoudige vraag of de archieven open gesteld konden worden. Wat te doen tegenover de gevechtsformatie die voor me stond?”
Het gesprek over de archieven verliep vlot. Het Nationaal Leger zal een lijst samenstellen van alle soldaten die betrokken zijn geweest bij gevechtshandelingen en nabestaanden van omgekomen militairen. De leiding zal hen een brief sturen met het verzoek om medewerking te verlenen aan ons onderzoek. Ook zal ze de mensen die in het leger betrokken waren bij de nazorg van militairen met traumatische ervaringen in contact brengen met ons team.
Vanwaar de gevechtsformatie tegenover mij? Het bleek dat de heren een robbertje met me wilde vechten op intellectueel gebied.
Achong begon: “Meneer Hira, legt u me uit wat het verband is tussen Decolonizing The Mind en wat u nu doet?”
Van die ene vraag kwamen we terecht in felle discussies over filosofie (Ubuntu, Descartes, Durkheim), internationale politiek (Venezuela, Bolivia), het Midden-Oosten (Irak, Iran, Islamitische Staat). Intussen liet Benschop, die best een borreltje lust, wat lekkers aanrukken. Ik betoog dat Amerika een imperium in verval is en zij bestrijden dat. We spreken over de Griekse Eurocrisis en het management van Staatsolie etc etc. Het was chaotisch, luidruchtig en … heel gezellig.
Ik verliet het slagveld enigszins verbouwereerd. Ik dacht dat ik gewoon om archiefstukken ging vragen. Ik raakte verzeild in één van de leukste en felste discussies van de afgelopen periode. Dit kan alleen in Suriname. Vragen om archiefstukken en vervolgens verzeild raken in een intellectueel debat met de legertop.
Ik realiseer me dat dit voer is voor Theo Para: “Sandew Hira en legertop beraden coup tegen democratie onder het genot van whisky!” Het wordt een nieuwe track op zijn album “Kill Sandew Hira”.

Gezellig was het ook met vrienden die me helpen bij de fondswerving. Ik leerde dat er drie soorten Surinamers zijn als het om geld gaat. Je hebt mensen die geld tellen, mensen die geld wegen en mensen die geld meten (de Dagobert Ducks).
We moeten het toch vooral hebben van de eerste en mogelijk een beetje van de tweede groep.

Het grappigste wat ik heb meegemaakt, was een bericht uit de groep mensen die zich als vrijwilliger aanmelden voor het project. Check deze mail van ene Ali (achternaam niet vermeld).
“Hoi Sandew Hira. Ik ben een grote fan van u. Ik volg u al een tijdje. U beschrijft de geschiedenis vanuit een derde wereld visie. Ik wil ook ooit historicus worden. Ik heb uw boek ‘Van Priary tot De Kom’ uitgelezen. Een pracht van een boek. Historisch perspectief, een kanjer. Ik wou geschiedenis studeren op Adek, dus wetenschappelijk. Maar toen had Adek geen studie geschiedenis. Thans ben ik bezig mijn MO-A studie geschiedenis op het IOL af te ronden. Ik wil graag deel uitmaken van uw team. Ik wil zelfs met u samen zitten wanneer u Bouterse zal spreken en ook helpen om de waarheid boven water te halen. Is mijn droom om te helpen om dit tot een goed eind te brengen. Het gaat lukken Dew Baboeram. En ik wil in u team zijn. Mijn naam is Ali. Hopelijk krijg ik antwoord van u.”
Ik heb Ramon Cumberbatch gevraagd om contact met hem op te nemen.

Sandew Hira

p.s. Op zaterdag 15 augustus aanvang 12.00 uur zal ik een persconferentie geven in Residence Inn waar ik onder meer zal ingaan op het onderzoek, de ontwikkeling van draagvlak in Suriname, mijn voorgenomen reis naar Zuid Afrika om te spreken met de waarheidscommissie en de voorbereidingen voor het gesprek met president Bouterse.

Het project De Getuigenis wordt gefinancierd met donaties en sponsoring.
Ik zal bij mijn columns steeds de rekeningnummers vermelden:
Nederland: International Institute for Scientific Research in Nederland RABO Bank: IBAN: NL35 RABO 0103 0575 60, BIC: RABONL2U.
Suriname: International Institute for Scientific Research, Hakrin Bank:
- SRD rekening: 20 942.50.71
- USD rekening: 20 838.94.62
- EURO rekening 20 838.94.54
Advertenties

Friday 26 April
Thursday 25 April
Wednesday 24 April