Het binnenland en de politiek (deel 2)

In het eerste deel van deze artikelenreeks ben ik summier ingegaan op het politiek-historische traject dat door de bosnegers gevolgd is tussen 1957 tot en 1987. In dit tweede deel zal ik de politiek-historische afbakening vanaf 1990 tot 2010 hanteren. Ik kies bewust voor deze afbakening, omdat er vele grote ontwikkelingen zich hebben voorgedaan in het politieke gebeuren betreffende de doelgroep waar het in deze artikelenreeks omgaat. Een nieuwsgierige jonge lezer van het eerste deel, heeft gevraagd iets uit te wijden over de sociale organisatie Ondersteuningscomité voor de Ontwikkeling van het Binnenland (OCOB). Ik zal derhalve summier over het OCOB schrijven, onder meer omdat deze organisatie een grote stempel gedrukt heeft op de BEP.

OCOB en de BEP
In 1986 hebben progressieve jongeren uit/van het binnenland zich verenigd in het OCOB. De directe aanleiding was om strijd te leveren tegen het onrecht dat de bewoners (bosnegers en Indianen) van het binnenland werd aangedaan over het algemeen, maar vooral tijdens de binnenlandse oorlog. Het OCOB heeft vanaf het ontstaan van de Bouterse-Brunswijk oorlog zich gedistantieerd hiervan en vanaf dag 1 is gezocht naar mogelijkheden om de oorlog middels overleg te doen beëindigen. In eerste instantie hebben de pogingen om zulks te doen geen succes gehad. Het OCOB liet zich bijstaan door nationale en internationale deskundigen om bijvoorbeeld de vele studenten die gestrand waren in het zogenoemde oorlogsgebied te evacueren, zodat zij hun studie op Voj, Vos en universitair niveau konden voortzetten. In de propaganda van de vechtende partijen werden de binnenlandbewoners gemanoeuvreerd in een voor OCOB onacceptabele hoek.

Terwijl het Jungle Commando in de oorlogsgebieden propageerde een strijd te voeren voor de democratie en voor het binnenland, werd de bosneger door Nationaal Leger tot potentiële terrorist verklaard. De bosnegers werden tegen de indianen opgehitst en omgekeerd. Er hebben zich daarom aan weerszijden grove mensenrechten schendingen gedurende de Bouterse-Brunswijk oorlog voorgedaan. Een van de bekende en gruwelijke mensenrechten schendingen is toch wel de Moiwana slachting geweest. Het OCOB heeft ondanks de bedreigingen en het associëren van de Organisatie met het Jungle Commando, zijn oprechte strijd voorgezet. Het is het OCOB alsook democraten Lachmon, Arron, Soemita etc. gelukt het Jungle Commando tot onderhandeling met de regering-Shankar te bewegen. Bekende jongens, thans mannen van het OCOB zijn Kampi Raafenberg, Isedore Libretto, Albert Nabeseng Ajeki, Roel Lugard, Imro Leidsman, Harold Blanca, Harvey Liefde, Michel Felisi, André Mosis, Jozef Amautan, Michael Noordzee, Bert Eersteling en de meisjes thans vrouwen Thelma Douglas-Pinas, Bonita Pinas, Ani Galong etc.

Enkele van deze jongens vluchten naar Nederland omdat de organisatie bedreigd werd, vooral na een eigen mening over jongeren en de toen in gang zijnde oorlog bekend te hebben gemaakt op een jeugdcongres middels een verklaring. De militaire leiding heeft alles gedaan om die verklaring niet te laten voorlezen. Met name mevrouw Margo Bean, heeft erop gestaan dat die verklaring toch werd voorgelezen. Ook het begeleiden van Dr. Amos Wako van de VN naar het oorlogsgebied om de mensenrechtenschendingen te vast te stellen, is mede aanleiding geweest voor de bedreiging en het uiteindelijk vluchten van de jongens als hierboven gesteld. In elk geval heeft het OCOB erg veel bijgedragen aan de denkrichting van BEP.

De fragmentering van BEP
In 1990 is de initiatiefnemer tot her-activering van de BEP in 1987, wijlen de heer Petrus Domini, ertoe overgegaan om de Algemene Bevrijding en Ontwikkelingspartij (ABOP) op te richten. Exponenten van de BEP en PBP hebben diverse pogingen ondernomen om de heer Petrus Domini tot andere gedachten te brengen, namelijk om de eenheid in de BEP te herstellen en te bewaren. De heer Petrus Domini heeft na het kiezen - niet strikt conform de statuten - van het voorlopige bestuur, zich als een dissident gedragen. Hij heeft ondersteuning gevonden bij enkele leden, die allen afkomstig waren van het zogenoemde Cotticagebied. De reden die steeds aangehaald werd door de dissidente groep onder leiding van Petrus Domini, komt erop neer dat de Aucaners van het Cotticagebied een stiefmoederlijke behandeling kregen van met name de Aucaners van de Tapanahony en de Sarakreek. Uiteraard was voor iedereen duidelijk dat het een drogreden was. De pogingen om Domini en groep tussen 1990 en 1991 terug te krijgen in de BEP, zijn mislukt. De BEP en PALU namen het initiatief om een alternatieve alliantie op te richten voor deelname aan de verkiezingen van 1991.

De politieke partijen BEP, HPP, Pendawalima, PSV, het pas opgerichte Alternatief Forum en de onafhankelijke progressieven, OP, werden erbij gehaald. De PALU en de PSV zijn om de volgende reden buiten de boot gevallen:
PSV zou haar positie versterkt willen krijgen en vertelde aan de overige partners dat er een bijzondere bilaterale relatie bestond met de BEP. De BEP was niet bekend met deze bilaterale relatie of afspraken met de PSV. De meerderheid van de partners en ook de BEP, vond de PSV in dit geval, politiek onbetrouwbaar of incorrect.

PALU viel buiten de boot omdat er geen afdoende verklaring kon worden gegeven van het wel of geen bijdrage te hebben geleverd aan de 8 decembermoorden. Betrouwbaarheid en geen bloed aan de vingers hebben, waren enkele waarden en normen waaraan de nieuwe alliantie moest voldoen. Het Democratisch Alternatief (DA91) werd opgericht, met de BEP en de HPP als grootste partijen.
Tijdens de verkiezingscampagne, kwamen de BEP en de pas opgerichte ABOP elkaar tegen te Pinatjarimi aan de Cotticarivier. De kapitein Alexander van dit dorp, vond het een goede gelegenheid om aan de partijen te vragen waarom er een scheuring kwam in de BEP. De BEP delegatieleider vroeg aan de kapitein om eerst het woord te geven aan de oprichter en voorzitter van de ABOP, de heer Domini die geassisteerd werd door de heer Ewald Poetisi. De heer Domini zei dat hij de ABOP heeft opgericht, omdat de algemene leden vergadering (alv) van de BEP in 1987 te Maa Apojo-djari niet had moeten vragen wie tot voorzitter van BEP benoemd moest worden. De alv moest hem uit waardering voor zijn initiatief tot her-activering van de BEP, tot voorzitter benoemd hebben. Een ware verrassing voor de BEP-delegatie die geleid werd door Bert Eersteling. De delegatieleider van de BEP, zei als reactie op hetgeen de heer Domini gezegd heeft, deze reden nooit eerder gehoord te hebben.
In werkelijkheid, had de heer Petrus Domini sedert 1973 het idee geopperd om een partij met een Cottica signatuur op te richten. Hij werd toen door de Cotticaners op advies van de heer John Molien, eveneens een Cotticaner, weerhouden die partij op te richten.

BEP voor het eerst in het parlement
De BEP heeft in combinatie verband, deelgenomen aan de verkiezingen van 1991. Het is de partij gelukt om in DNA vertegenwoordigd te zijn. De BEP verwierf in DA91 verband drie zetels, waarvan twee in Brokopondo en één in Sipaliwini. De leden Bill Pryor en Marcel With werden in Brokopondo gekozen en Ronnie Pansa in Sipaliwini. De ABOP kreeg nul zetels.
In 1995 nam BEP wederom het initiatief om Petrus Domini terug te krijgen in de BEP, hetgeen zou moeten betekenen dat er slechts een Eenheidspartij voor de bosnegers moest/zou zijn. De pogingen (overlegmomenten) die moesten resulteren in de gewenste eenheid, mislukten wederom in 1996. De BEP nam wederom deel aan de verkiezingen van 1996 in DA91 verband. De drie zetels die in Brokopondo en Sipaliwini in 1991 behaald waren, konden niet vastgehouden worden. Vanuit externe politieke krachten werden verwarring en verdeeldheid gezaaid onder de achterban van de BEP. De DUS van de heer Jafeth Diko, gewezen BEP lid en ook de PSV, hebben een grote rol gehad in het lanceren van etnische tegenstelling in met name Brokopondo. De partij komt echter middels een behaalde zetel in Paramaribo weer in DNA. De voorzitter van de BEP, de heer Caprino ALendy kwam in DNA.

In 2000 nam BEP weer het initiatief met de ABOP te praten. Ondertussen was de oprichter van de ABOP, de heer Petrus Domini, lid geworden van de NPS. De partij werd toen overgedragen aan de ex-Jungle Commando leider, Ronnie Brunswijk. De BEP gooide de strategie over een ander boeg, namelijk het voorstel doen aan de ABOP voor samenwerking tussen de twee partijen. De BEP zou de ABOP meenemen in DA91. Alle posities die de BEP zou verwerven zouden gelijkelijk verdeeld worden door BEP en ABOP. De gesprekken verliepen erg moeizaam, maar de partijen konden zich in de ochtend van 9 april 2000 vinden. Later op de dag zou het wederom faliekant mislopen. Dit betekende tevens de derde mislukte poging om de Eenheid te herstellen met de ABOP, die de eerste fragmentatie van de BEP is geweest.

BEP herwon een zetel in Brokopondo en kwam zo wederom in DNA terecht. De heer Cornelis Kanalie werd het DNA-lid van de BEP in 2000.
In 2003 nam BEP het besluit na grondige evaluatie om terug te treden uit DA91en zich sterk te focussen op een samenwerking met de ABOP. De besprekingen verliepen wat vlotter en reeds in 2003 kwam de samenwerkingsovereenkomst van theater Unique tussen BEP en ABOP tot stand.
Terwijl er gewerkt werd aan de structurering van A Combinatie, ontstond de tweede fragmentatie van de BEP. De heer Haines Landveld die al een hele tijd een dissident gedrag vertoonde, besloot met de heren Oscar Flakkalobi en Gilbert Lehman tot de oprichting van wat later Seeka geworden is. De heer Landveld bij wiens woning aan de Cattelleastraat gebrainstormd werd, moest het veld ruimen. De heer Paul Abena werd de voorzitter van Seeka. Gelijk na de oprichting zocht Seeka samenwerking met A Combinatie. Er waren voor en tegenstanders in de BEP en ABOP over de status die Seeka toebedeeld moest worden in A Combinatie. De twee ideeën waren of Seeka als geassocieerd lid of als volwaardig lid van A Combinatie geaccommodeerd moest worden. De meerderheid koos voor het laatste. Seeka werd partij/deel van de overeenkomst van Unique.
Bij de verkiezing van 2005 verwierf A Combinatie 5 zetels en nam deel aan het kabinet Venetiaan-Sardjoe 2005-2010.


Derde tevens slot deel zal gaan over een zeer woelige periode 2010-2015.

Bert Eersteling