Zunder: Nederlandse banken bekennen nu ook slavernijverleden
18 Apr 2022, 08:38
foto
Armand Zunder, voorzitter van de Nationale Reparatie Commissie Suriname.


De Nederlandse grootbank ABN-AMRO heeft te kennen gegeven dat twee banken waaruit zij is voortgekomen, direct en nauw betrokken waren bij de slavenhandel en slavernij. ABN-AMRO is de eerste Nederlandse financiële instelling die heeft aangeven dat zij met ‘fout’ geld groot zijn geworden. Armand Zunder, voorzitter van de Nationale Reparatie Commissie Suriname, zegt aan Starnieuws dat de excuses van ABN-AMRO fundamenteel afwijken van de verontschuldigingen die vorig jaar en dit jaar zijn aangeboden door de burgemeesters van Amsterdam, Rotterdam en Utrecht.

"De CEO van de ABN-AMRO heeft namelijk aansprakelijkheid erkend door de excuses namens zijn zakelijke voorpartners, die fout zijn geweest, aan te bieden aan degenen die in de koloniale tijd tot slaaf zijn gemaakt. Bovendien heeft hij in zijn bewoordingen ook de doorwerking naar de huidige generaties van nazaten van de tot slaaf gemaakten erkend. Wat echter niet is gebeurd, is dat de excuses niet in Suriname, waar de slavenhandel en slavernij hebben plaatsgevonden en waar de doorwerking van dit slavernijverleden overduidelijk nog zichtbaar en voelbaar, zijn aangeboden, gevolgd door een programma voor herstel", merkt Zunder op.

ABN-AMRO is voortgekomen uit een aantal fusies die in de vorige eeuw hebben plaatsgevonden. In 1962 fuseerden de bankiershuizen Hope & Co en Mees & Zn tot Mees & Hope. Vervolgens werd deze instelling in 1975 overgenomen door ABN. De ABN en de AMRO bank fuseerden in 1991 en de naam van de instelling werd gewijzigd in ABN-AMRO bank. Andere fusies volgden toen in het jaar 1994 de dochterondernemingen Pierson, Hendring & Pierson van de AMRO bank werden samengetrokken met dochteronderneming Bank Mees & Hope van de ABNB tot de bankinstelling MeesPierson.

De Nederlandse onderzoekers van het Onderzoeksinstituut voor Sociale Geschiedenis, IISG hebben in opdracht van ABN-AMRO het slavernijverleden van het Amsterdamse bankiershuis Hope & Co en het Rotterdamse bankiershuis Mees & Zoonen grondig onderzocht. Hope & Co was gespecialiseerd in het verstrekken van negotiatie leningen aan plantages, maar was ook betrokken bij de bedrijfsvoering van plantages en in de koop en verkoop van tot slaaf gemaakten in Suriname. Één van de kenmerken van deze negotiatieleningen was dat de tot slaaf gemaakte Afrikanen die werkzaam waren op de plantages, ook als onderpand bij de lening werden opgenomen. Mees & Zoonen was in eerste instantie verzekeringsmakelaar, gespecialiseerd in zogenoemde slavenschepen. Deze onderneming verzekerde de tot slaaf gemaakte Afrikanen die de gedwongen migratie uit Afrika hebben meegemaakt als goederen en niet als mensen.
Op 13 april jongstleden heeft de CEO van ABN-AMRO, Robert Swaak op de volgende wijze in een videoboodschap excuses namens ABN-Amro aangeboden:’…..excuses gaan naar de voorouders die directe slachtoffers waren en vervolgens hebben wij een verplichting aan de volgende generaties om de ontstane ongelijkheid aan te pakken’.

Met deze daad van erkenning van haar slavernijverleden door ABN-AMRO heeft deze particuliere onderneming de basis gelegd voor nog tientallen Nederlandse financierings- en verzekeringsinstellingen om ook het boetekleed aan te trekken en hun slavernijverleden te erkennen. Zunder wijst er op dat in een publicatie van zijn hand uit 2010 over Herstelbetalingen, naast Hope & Co nog 83 andere financieringsondernemingen die zogenoemde negotiatieleningen aan Surinaamse plantages hebben verstrekt, door hem zijn geïdentificeerd.

De Nationale Reparatie Commissie en het Kennisinstituut voor onderzoek naar genocide en reparaties, zal de komende 14 dagen samen met haar partnerorganisaties in het Caribisch gebied en in Nederland het ‘Reparatory Justice’ dossier weer grondig doornemen en een actieproramma opstellen, dat hierna operationeel zal worden gemaakt.
Advertenties

Thursday 18 April
Wednesday 17 April
Tuesday 16 April