Column: Sportlabyrint
31 Dec 2020, 00:59
foto
Illustratie: bol.com


Het sportlandschap in Suriname kan gerust gekenmerkt worden als een labyrint. Allerlei takken van sport worden er beoefend. Voor zo een geringe bevolking zou je dat niet verwachten. Hoewel voetbal de bekendste en blijkbaar de populairste is, trekken basketbal en volleybal ook aardig wat supporters. Het gevolg is dat het overgrote deel van de sporten moet strijden om de aandacht van een relatief klein overblijfsel aan supporters. Maar dat is niet eens zo erg, want je kan het publiek niet dwingen om van een bepaalde sport te houden. Het grootste probleem in het sportlabyrint is dat er een gebrek is aan coördinatie. Iedereen doet wat hem of haar het beste lijkt. Als iemand een bepaalde tak van sport wil beoefenen, is het ook niet duidelijk welk traject moet worden afgewerkt. Er is geen overkoepelende organisatie die kan dienen als aanspreekpunt voor de autoriteiten, waardoor er bij onderhandelingen niet als eenheid kan worden opgetreden. Het gevolg hiervan is dat het gemakkelijk is om een loopje te nemen met de sport in haar totaliteit. 

De hierboven geschetste situatie zou een mogelijke oorzaak kunnen zijn waarom er sinds maart niet meer gesport is in Suriname. Zelfs in landen waar het aantal besmettingen hoger is dan de totale Surinaamse bevolking, zien we dat de sportbeoefening weer is opgepakt. In Suriname was het aantal besmettingen geruime tijd zodanig afgenomen dat zelfs de scholen weer de deuren konden openen. Ook werd de economie weer opengegooid, echter bleef georganiseerd sporten verboden. Het moet ons dus niet verwonderen dat het niveau hier te lande zo laag is. Het wordt tijd dat de sportwereld zich verenigt en vraagt om duidelijkheid in verband met de doorstart van sport. Net zoals er protocollen zijn ontwikkeld voor verschillende branches, hadden er ook al protocollen ontwikkeld moeten zijn voor sportactiviteiten. De belangrijkheid van sport is  waarschijnlijk nog niet doorgedrongen tot de autoriteiten, waardoor het bij hen een ondergeschikte plaats heeft.

Nu er een tweede golf van besmettingen met het Corona-virus is, is de toestemming voor georganiseerd sporten weer ingetrokken. Zoals het zich laat aanzien, zal het tot het tweede kwartaal duren alvorens er weer competities zullen worden afgewerkt. Dit houdt in dat er dan ongeveer een jaar niet georganiseerd aan sport is gedaan. Het gevolg hiervan is dat het niveau van onze sporters enorm gedaald is. Ik vraag me af waarom de bonden niet opkomen voor hun sporters die in training behoren te zijn voor regionale krachtmetingen. Welk belang dienen deze bestuurders? De 21ste eeuw wordt ook wel het informatietijdperk genoemd, echter maken Surinaamse organisaties nog te weinig gebruik van het internet om er achter te komen hoe internationale organisaties het hoofd bieden aan de uitdagingen van de Covid-19 pandemie. We hoeven niet te proberen het wiel opnieuw uit te vinden, maar kunnen wel gretig gebruik maken van de informatie om zo het sportgebeuren weer op gang te brengen.

Ik pleit voor meer structuur in de sport, zodat de nationale sportbeoefening c.q. -beleving naar een hoger niveau kan. Ook zal bij een professionele aanpak ruimte ontstaan voor sponsoren om aan boord te komen, waardoor er meer gehaald kan worden uit het lokaal talent. Momenteel hebben de sportverenigingen meer het karakter van recreantenclubs. Wil Suriname in de nabije toekomst een rol van betekenis gaan spelen in het regionaal en internationaal sportcircuit, dan moet de organisatie goed zijn en moeten de verschillende actoren op een lijn staan. Zolang dat niet het geval is, dweilen we met de kraan open, met als enig resultaat dat de prestaties matig zullen blijven.

Mireille Hoepel
Advertenties