Economische ontwikkeling Aruba en lessen voor Suriname
10 Oct 2020, 04:43
foto


Aruba stond in de tweede helft van de jaren tachtig voor een hele grote uitdaging: de Lago Raffinaderij, een grote bron van overheidsinkomsten en werkgelegenheid, zou sluiten. Het zou een ramp betekenen voor Aruba. De vraag is, hoe zijn ze dat te boven gekomen en hoe hebben ze welvaart kunnen creëren? Wat zou Suriname daaruit kunnen leren?

Inmiddels staat Suriname anno 2020 wederom voor grote economische uitdagingen. De institutionele en economische fundamenten zijn kreupel gemaakt en het volk zal grote offers moeten brengen voor herstel en wederopbouw. 

Aruba verwierf in 1986 de Status Aparte. Dit houdt in dat Aruba in het Koninkrijk der Nederlanden voortaan verder zou gaan als een autonoom rijksdeel en geen deel meer zou uitmaken van de Nederlandse Antillen. Voordat de Status Aparte een feit werd, kreeg Aruba te maken met een grote economische uitdaging. In 1984 maakte Exxon bekend dat de Lago raffinaderij per 1 april 1985 de deuren zou sluiten. De Arubanen raakten natuurlijk in paniek. De Lago raffinaderij was de pijler van de Arubaanse welvaart. Na de overheid, was Lago immers de grootste en meest gewilde werkgever. Het toerisme was wel belangrijk, maar had niet de rol die het later kreeg.

In 1985 was de sluiting een feit. Het gevolg daarvan was een krimp van de economie met 25 procent, een grote terugval van de overheidsinkomsten van Aruba met 40 procent en een grote werkloosheid (ongeveer 30% van de bevolking kwam zonder werk en inkomen te zitten). Nederland kwam in met een begrotingssteun ten bedrage van Nf 100 miljoen voor de periode 1985-1987. De problemen waarin de Surinaamse economie terecht kwam in de periode 2014-2020 zijn dus niet zo ernstig in vergelijking met wat Aruba overkwam.

Volgens geraadpleegde bronnen droeg de Nederlandse begrotingssteun voor slechts 30% bij aan het wegwerken van het enorme gat in de begroting van Aruba. De rest (70%) kwam van inkomenskorting en lastenverzwaring op de schouders van de bevolking. Door de belastingverhogingen op alle fronten en afroming van alle inkomens met een 8,2% solidariteitsbelasting, leverde bijna iedereen op Aruba 30% aan koopkracht in. Inkomens tot Afl. 600 per maand werden ontzien. Ondanks de inlevering van inkomen en de zware druk van de solidariteitsbelasting, heeft de doorsnee Arubaan de koopkrachtvermindering geaccepteerd. Er was voor de Arubaan geen ander alternatief. Massale emigratie bleef evenwel uit. Door offers van de bevolking, was in 1988 begrotingsevenwicht bereikt, de werkloosheid liep terug en de deviezenpositie was weer gezond.

Met volle overgave en veel energie ging Aruba aan het werk om de toerismesector versneld te ontwikkelen. Hierbij hebben de lokale- en buitenlandse private sector een rol gespeeld in de opzet van toeristische accommodaties. Mede door financieringsgaranties van de overheid was de belangstelling onder nieuwe projectontwikkelaars groot. In de rest van de jaren 80 en de jaren 90 kwam de Arubaanse economie tot grote bloei en noteerde spectaculaire groeicijfers. Het BBP per capita steeg van US$ 16.709 in 1986 naar US$ 30.978 in 2000. In 1980 was het per capita inkomen van Aruba nog 161% van dat van Suriname. In 1986 was dat 250% en is in 2018 verder gestegen naar 353%.

Uit het snel herstel van Aruba kunnen wij voor Suriname de volgende lessen afleiden:
- De regering had de durf om maatregelen door te voeren en goed bestuur te voeren. De enige natuurlijke hulpbronnen van het eiland zijn de stranden, de zee en de zon. Ze hebben infrastructuur opgezet en mensen uit de rest van de wereld kunnen overtuigen om het eiland te bezoeken. Hierdoor hebben zij een relatief welvarende economie in het Caribisch Gebied kunnen opbouwen.
- Herstructurering en economische groei hebben plaatsgevonden in een omgeving van prijsstabiliteit. Prijsstabiliteit is één van de belangrijkste zaken die een regering haar volk kan garanderen.
- Voor herstel van de overheidsfinanciën, had de Arubaanse regering de durf om belastingen te innen. Belastingen en verantwoording afleggen van de besteding van de middelen houden een samenleving in stand.
- De regering heeft een weldoordacht economisch groeibeleid geformuleerd en uitgevoerd. Groei moet zijn “by design” en niet “by default”.
- Bij de herstructurering en het groeibeleid werd de private sector de motor van de voorspoedige economische ontwikkeling. Diversificatie is uitgebleven, maar dat is begrijpelijk voor een kleine economie van nauwelijks 150.000 mensen.
- Om de situatie waarin onze economie zich op dit moment bevindt te keren, is durf, creativiteit, goede communicatie, mobilisatie van binnen- en buitenlandse hulpbronnen en vooral een weldoordacht herstel- en groeibeleid nodig. Herstructurering van de economie is een must.

H. Dorinnie
(h.dorinnie@yahoo.com)

Advertenties

Friday 19 April
Thursday 18 April
Wednesday 17 April