Brits hof van beroep oordeelt in voordeel van Maduro

Een Brits hof van beroep heeft een vonnis vernietigd waarin stond dat het Verenigd Koninkrijk (VK) oppositieleider Juan Guaidó had erkend als de president van Venezuela. De uitspraak is een overwinning voor Nicolás Maduro, die in 2018 werd herkozen voor een tweede termijn als president in een verkiezing die algemeen werd afgedaan als frauduleus.

De kern van de juridische strijd is de vraag wie de controle heeft over US$ 1 miljard aan goud dat is opgeslagen in de Bank of England. De zaak gaat nu terug naar het Hooggerechtshof.

Rechter Stephen Males heeft maandag het vonnis van het Hooggerechtshof in juli vernietigd, dat had geoordeeld dat het VK "oppositieleider Juan Guaidó ondubbelzinnig als president had erkend", in plaats van president Nicolás Maduro.

In zijn uitspraak in juli had rechter Nigel Teare van het Hooggerechtshof gezegd dat er "geen ruimte was voor erkenning van Guaidó als de jure president en van Maduro als de facto president", wat betekent dat, hoewel Maduro de leiding had in het presidentieel paleis in Caracas, de Britse regering had besloten Guaidó te erkennen.

Maar rechter Males zei dat de erkenning door het VK van Guaidó "naar mijn mening dubbelzinnig is, of in ieder geval minder dan ondubbelzinnig".

De regering van Nicolás Maduro heeft eerder dit jaar juridische stappen ondernomen tegen de Bank of England om deze te dwingen US$ 1 miljard aan goud vrij te geven dat Venezuela heeft opgeslagen in de kluizen van deze bank.

Ondanks de olierijkdom van het land verkeert de economie van Venezuela al jaren in een vrije val als gevolg van een combinatie van wanbeheer door de overheid en corruptie, die nog wordt verergerd door internationale sancties. Omdat Venezuela behalve olie heel weinig produceert, moet het goederen uit het buitenland importeren, waarvoor het toegang moet hebben tot vreemde valuta - of goud.

De Bank of England voerde aan dat het terecht is gekomen in het midden van twee rivaliserende claims voor het goud, één van de regering van Maduro en één van Juan Guaidó, die zichzelf vorig jaar tot waarnemend president van Venezuela uitriep en als zodanig wordt erkend door meer dan 50 landen, inclusief het VK.

De regering van Maduro zei dat ze met het goud de strijd tegen de coronaviruspandemie wilde financieren. Maar Guaidó vroeg de Bank of England om het goud niet aan de regering van Maduro te overhandigen, met het argument dat het voor corrupte doeleinden zou worden gebruikt.

De Bank of England heeft daarom het Hooggerechtshof gevraagd te beslissen over wie de Britse regering erkent als de Venezolaanse president,  Maduro of Juan Guaidó. Het Hooggerechtshof oordeelde in het voordeel van Guaidó, maar advocaten van de regering van Maduro hebben hoger beroep aangetekend, dat ze nu hebben gewonnen.

Wat nu?
De zaak gaat nu terug naar het Hooggerechtshof, dat duidelijker zal moeten bepalen wie de leiding heeft in Venezuela. Volgens de uitspraak van het hof van beroep moest het Hooggerechtshof bepalen of "de Britse regering Guaidó voor alle doeleinden erkent als president van Venezuela en daarom  Maduro voor geen enkel doel als president erkent", of dat de Britse regering "Guaidó erkent als gerechtigd president van Venezuela en dus gerechtigd om alle bevoegdheden van de president uit te oefenen, maar ook Maduro erkent als de persoon die feitelijk enkele of alle bevoegdheden van de president van Venezuela uitoefent. "

Het is waarschijnlijk dat het Hooggerechtshof het Britse ministerie van Buitenlandse Zaken zal aansporen om een ​​duidelijker standpunt in te nemen over wie het erkent. De juridische strijd om het goud zal dus nog even duren.