Hof licht vonnis Sapoen en Chitan toe
12 Apr 2020, 04:46
foto


Op 20 maart 2020 wees het Hof van Justitie vonnis in de terugroepingszaak tegen Raymond Sapoen en Diepakkoemar Chitan. Verschillende personen en organisaties gaven hun mening en uitleg over dit vonnis. De één wist het beter dan de andere. Het Hof heeft gemeend middels een stuk van de hand van waarnemend Hofpresident Iwan Rasoelbaks de beslissing zelf toe te lichten; om de onduidelijkheid die er schijnt te bestaan over de inhoud en de rechtsgevolgen ervan weg te nemen.

Het Hof heeft op 20 maart beslist dat de twee leden van De Nationale Assemblee (DNA) Sapoen en Chitan (geadresseerden) zich niet mogen uitgeven, handelen of gedragen als DNA-leden, omdat zij rechtsgeldig teruggeroepen zijn door hun politieke partij Pertjajah Luhur (PL). Deze beslissing heeft raakvlakken met artikel 68 lid 1 sub c van de grondwet en artikel 137, leden 1 en 2 van de Kiesregeling, en verdere gevolgtrekkingen naar aanleiding van deze beslissing zullen slechts gemaakt dienen te worden door de daartoe in die regelingen genoemde instituten, stelt het Hof. 

Pas op de plaats maken
Sapoen en Chitan zijn door het Hof in feite slechts bevolen om “een pas op de plaats te maken”, totdat er twee nieuwe leden in hun plaats zullen komen. Het Centraal Hoofdstembureau (CHS) had - conform de regels in de Kiesregeling – moeten voorzien in de vacature die was ontstaan door hun rechtsgeldige terugroeping. Hoewel CHS dit heeft nagelaten, kan het Hof dit instituut geen opdracht geven om de procedure te volgen en af te ronden. 
Het Hof zegt hierover: “De formalisering en implementatie van dit voorlopige oordeel is een kwestie van de genoemde regelgeving verder conform toe te passen door de daartoe aangewezen instituten!” Deze instituten zijn door de rechters niets opgedragen, “immers, zij waren geen partij in dit geding”.  

Zijn Sapoen en Chitan nu wel of geen DNA-lid?
Formeel gezien zijn de twee heren nog steeds DNA-lid. In de toelichting zegt het Hof dat zij een verbod hebben om in de hoedanigheid van DNA-lid op te treden. “Dit impliceert geenszins dat zij die hoedanigheid niet bezitten. De formalisering om hen uit die hoedanigheid te halen moet nog plaatsvinden aan de hand van de genoemde regelgeving door de daartoe aangewezen instituten.” 

Wat waren de eisen?
Het Hof legt uit wat de politieke partijen VHP, NPS en PL en DNA-kandidaten Barkat Mohabali (VHP) en Prim Sardjoe (NPS) op 12 juli 2016 hebben gevraagd aan de kortgedingrechter. Zij kwamen met drie eisen: Assembleevoorzitter Jennifer Geerlings-Simons moest verboden worden om de teruggeroepen Sapoen en Chitan uit te nodigen voor de Assembleevergadering en haar te gebieden dat ze de twee heren de toegang tot het Assembleegebouw moest ontzeggen. De tweede eis ging over een dwangsom; Sapoen en Chitan moesten SRD 1.000.000 betalen voor iedere keer dat zij zich niet aan het vonnis zouden houden. En als derde eisten de partijen dat Sapoen en Chitan zullen worden verboden om zich als DNA-lid uit te geven casu quo als DNA-lid te handelen casu quo zich als zodanig te gedragen.

Wat beslisten de kortgedingrechter en het Hof?
Op 28 november 2016 heeft de kortgedingrechter zich onbevoegd verklaard om kennis te nemen van de vordering tegen Assembleevoorzitter Simons, de vordering tegen Sapoen en Chitan werd afgewezen. De eisers hebben hoger beroep aangetekend en op 20 maart 2020 volgde de beslissing van het Hof. Hierin vernietigt het Hof het 2016-vonnis van de kortgedingrechter. Het Hof verbiedt Sapoen en Chitan om zich als DNA-lid uit te geven. “Ook mogen zij niet handelen als leden van DNA of zich als zodanig gedragen. Aan dit verbod is er een dwangsom van SRD 100.000 per keer gekoppeld, voor iedere keer dat zij dat toch mochten doen.”

Waarom geen veroordeling Simons
Het Hof gaat ook in op de beslissing waarom DNA-voorzitter Simons niet is veroordeeld. Het parlement bestaat uit 51 leden, ondanks Sapoen en Chitan rechtsgeldig zijn teruggeroepen. In hun plaats moeten twee nieuwe leden komen. Het CHS had binnen veertien dagen nadat op 23 december 2015 exploten van de terugroeping door PL aan haar betekend waren, moeten voorzien in de DNA-vacatures. Omdat zulks niet is gedaan, zijn Sapoen en Chitan nog steeds DNA-leden. Er mag immers geen vacuüm, leegte ontstaan.

Aan Simons valt er niets te verwijten of te veroordelen. Omdat het CHS wel bijeen is gekomen maar de procedure om te voorzien in de vacatures die zijn ontstaan door de terugroeping, niet heeft afgerond. Er ontbreekt dus sedert 2015 “een schakel in de keten van te verrichten wettelijke handelingen waardoor in de visie van het Hof, de DNA-voorzitter niet kon worden verboden om Sapoen en Chitan nog langer uit te nodigen voor vergaderingen van DNA en zij ook niet kan worden gelast hen de toegang tot het Assembleegebouw te ontzeggen”.

Geen terugwerkende kracht
Het Hof herhaalt dat de geadresseerden van de beslissing op 20 maart slechts de twee DNA-leden zijn, aan wie als voorlopige voorziening een verbod is opgelegd op straffe van een dwangsom. Veroordelingen zoals geboden en verboden, die in een kort geding of in hoger beroep worden opgelegd gelden slechts voor de toekomst (ex-nunc, ze hebben geen terugwerkende kracht). Dit geldt vanaf het moment na betekening van het vonnis aan de veroordeelde partij (Sapoen en Chitan). Deze beslissingen hebben in beginsel alleen betrekking op en gevolgen voor de procespartijen (de eisers en gedaagden). 

Derden, zoals DNA, CHS en/of het Onafhankelijk Kiesbureau zijn geen partij in de rechtszaak geweest. De appellanten hebben het Hof niet gevraagd om deze instanties te veroordelen en/of te gebieden over te gaan tot een gewenste handeling.

De uitspraak in hoger beroep is gewezen door de rechters Anand Charan, Jane Jensen en Sabitadevie Nanhoe-Gangadin en is uitgesproken door Dinesh Sewratan.
Advertenties

Saturday 20 April
Friday 19 April
Thursday 18 April
Wednesday 17 April