Na
de berichtgeving van het eerste officieel geval van Covid-19 in Suriname door vicepresident Ashwin Adhin vrijdag 13 maart in De
Nationale Assemblee, trokken heel wat Surinamers naar de winkels om
inkopen te doen. Winkeliers hebben hier verschillend op gereageerd. In
Paramaribo en Wanica was er sprake van extra drukte en winkels die sloten. Bepaalde winkeliers hebben het besluit genomen om van achter het
traliewerk klanten toch van dienst te zijn.
Ook
in Lelydorp hebben winkeliers verschillende acties ondernomen. De
meeste winkels zijn normaal open en in de middag was er geen merkbare
extra drukte. Voor de veiligheid dragen de winkeliers handschoenen en
hebben mondkapjes op. Een jonge buurtwinkelier aan de Tawajariweg
vertelt dat hij het doet voor de veiligheid omdat je nooit weet met wie
je in contact komt. “yu no man shi na wan suma if a habi a siki” zegt
hij, refererend naar of iemand het coronavirus wel of niet heeft. Daarnaast doet hij het ook om zijn klanten in de winkel gerust te
stellen dat hij hen ook beschermt.
In
een drukke winkel aan de Indira Gandhiweg klaagt een vrouw over het
feit dat er geen blom meer te koop is, terwijl er bij de kassa een
andere klant een grote voorraad blom af staat te rekenen. “Ik wil
pannenkoeken bakken omdat mijn dochter het zo lust, en dan is er niet
eens een pakje blom over voor mij.” Ze begrijpt helemaal niet waarom
mensen “zo druk” moeten doen. Ook de grote en kleine flessen '90% Palm' zijn in deze winkel op, net zoals de handsanitizer die al enige tijd niet
meer te vinden is.
Het
valt op dat veel klanten in de winkel ook zelf voorzorgsmaatregelen
hebben getroffen en een mondkap op hebben. Een andere klant in de winkel geeft aan dat hij niet
gewoon zijn dagelijkse inkopen is komen doen, maar vanwege de drukte,
“omdat anderen dit ook doen”. Hij kijkt ernaar uit welke stappen de
overheid zal nemen.
Bij
een supermarkt in het centrum van Lelydorp zegt de directeur dat er een
beperking is op de aankoop van bepaalde spullen, zoals gevraagd door het ministerie van Handel, Industrie en Toerisme. Klanten mogen één fles olie kopen
en maximaal zes rollen toiletpapier, ook handschoenen worden in beperkte
mate verkocht. Verder zijn er nog geen beperkingen op andere spullen
zegt hij. Ook deze winkelier heeft een mondkap op, “om de klant te
beveiligen”.
Districtscommissaris Audrey Hankers zegt aan Starnieuws dat er zoveel als mogelijk geprobeerd wordt om de gemeenschap te informeren over het virus en de voorzorgsmaatregelen die getroffen kunnen worden. Vanuit het commissariaat wordt dit ook via de Facebookpagina plaats, vertelt ze. Hankers bevestigt dat veel winkeliers zelf voorzorgsmaatregelen treffen door zichzelf te beschermen met mondkappen en de kassa af te bakenen. Ook zij benadrukt het belang van handen wassen en desinfecteren.
Raoul Lith