Vrijheid van meningsuiting en de VHP hypocrisie 
02 Feb 2020, 13:31
foto


De vrijheid van meningsuiting is een grondrecht doch de wet geeft in dezelfde adem mee “behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet”. Voor zover u er geen kennis van draagt luidt Artikel 19 van de grondwet als volgt :
Een ieder heeft het recht om door de drukpers of andere communicatiemiddelen zijn gedachten of gevoelens te openbaren en zijn mening te uiten, behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet.”

De laatste regel in het bijzonder dient goed in acht genomen te worden. Het betreft beperkingen die de wet zelf oplegt aan de vrijheid van meningsuiting. De beperkingen zijn onder andere vervat in verschillende strafwetsartikelen zoals belediging, bedreiging, verstoring van de openbare orde enz. Zwaarder wordt aangepakt het beledigen/bedreigen van het staatshoofd bijvoorbeeld. 

In de kwestie Satish baldewsing is iedereen het erover eens dat wat hij deed onder het mom van programma maken ver beneden elk niveau was. Zowel zijn voormalige werkgever als de huidige geven aan dat Baldewsing zijn boekje altijd te buiten ging. Vrijheid van meningsuiting is iets heel anders dan beledigend, denigrerend en krenkend of ordinair scheldend bezig zijn. Sociale media gebruiken om ordinair uit te schelden en daarbij ook nog met een wapen poseren, kan nimmer gerekend worden tot vrijheid van meningsuiting. Het instituut van president verdient bescherming en die wordt geboden door de bestaande wetten. Het land moet maar niet vervallen tot een grote ordinaire scheldpartij. 

De aanpak van Baldewsing die ze niet alle zeven op een rij schijnt te hebben en naar verluidt door de VHP wordt ingezet, is naar mijn mening alleszins gerechtvaardigd. Ik hoor van enkelingen de roep om de relevante wetgeving te veranderen maar daar is tot nu toe geen draagvlak voor gevonden anders waren die wetten wel al gewijzigd. Wat mij echter een ernstige doorn in het oog is in deze hele sociale media discussie, is de hypocriete houding van de VHP. Alleen al de euvele moed om de zaak aan te kaarten in De Nationale Assemblee was walgelijk.

Schreeuwen over persvrijheid en doen alsof de persvrijheid zo heilig is geweest (of thans zou zijn) voor de VHP is op zijn zachtst gezegd een lachertje. Het was de VHP-top die in 1994, dhr Ludwich van Mulier, journalist, redacteur van de toen in Nederland verschijnende krant De Ware Surinaamse Tijd, door de Surinaamse politie liet aanhouden. De journalist, een Nederlander van Surinaamse afkomst, werd beschuldigd van belediging van Surinaamse autoriteiten, verstoring van de openbare orde en algemene beledigingen. Er werd toen aangegeven dat het niet zo kon zijn dat “een Nederlander de justitiële top en vooraanstaande politici bekladt zonder dat de kwestie wordt onderzocht”. Van Mulier werd gearresteerd en uit het land gezet. 

In Van Muliers krant werden beschuldigingen geuit dat toenmalige vicepresident Jules Ajodhia betrokken zou zijn bij drugshandel. Van Mulier had ook een artikel in het eveneens in Nederland verschijnende blad De Surinaamse Krant geschreven met aantijgingen aan het adres van leden van het Openbaar Ministerie en de rechterlijke macht. Volgens het stuk in De Ware Surinaamse Tijd zou de cocaïne die toen op een bacovenboot werd ontdekt bij Ajodhia thuis zijn verpakt. Verder zouden de toenmalige VHP-leider, de toenmalige VHP-penningmeester en notabelen van het Openbaar Ministerie banden hebben met het Cali kartel. 

Van Mulier werd in opdracht van de toenmalige regering opgepakt, in verzekering gesteld en het land uitgezet. Ook in latere tijden nam de VHP het niet nauw met de persvrijheid. De aanvaring van Suriname Vandaag presentatrice Nita Ramcharan met de toenmalige vicepresident tevens VHP-voorzitter Ramdien Sardjoe ligt nog vers in het geheugen. Ook het incident uit 2009 ( verslag van een vechtpartij bij de VHP aanhang ) welke door programmamaker Giwani Zeggen werd gebracht en dat kennelijk leidde tot het teloorgaan van het voornoemde programma staat nog vers in het geheugen. 

Binnen de VHP is het interne democratisch gehalte altijd karig geweest. Nu ook lezen we artikelen van prominenten die aangeven hoe slecht het gesteld is met de democratie binnen de VHP. Nu vanuit de oppositie schreeuwen over persvrijheid omdat een ordinair scheldende, beledigende en bedreigende individu (geen journalist aangezien hij geen programma deed maar zijn privé Facebook account gebruikte voor onder andere bedreigingen) ter verantwoording is geroepen, is het op zijn zachtst gezegd opportunistisch en hypocriet. 

Mr. drs  Sharmila Mansaram
Advertenties

Friday 19 April
Thursday 18 April
Wednesday 17 April