Column: Het mes moet erin!
23 Mar 2023, 00:59
foto
Bondscoach Aron Winter
Foto: sportnieuws.nl


Een paar jaren geleden is de Surinaamse Voetbal Bond begonnen met een plan waarbij met behulp van beroepsvoetballers in de diaspora, het nationale voetbal naar een hoger niveau moest worden getild. Er werd een professionele bondscoach aangesteld die zelf ook op het hoogste niveau actief is geweest en het klappen van de zweep kent. Beroepsvoetballers met Surinaamse roots werden bereid gevonden om hun schouders onder het werk te zetten en aanvankelijk was er progressie te bespeuren en werden er zichtbare successen geboekt, maar de kinderziektes bleven niet uit en door een onzorgvuldige aanpak strandde het huwelijk vroegtijdig.

De bondscoach werd de laan uit gestuurd en we waren weer terug bij af of misschien zelfs nog verder. Het bestuur slaagde erin een nieuwe bondscoach te strikken, maar niet om het vertrouwen van de spelersgroep te herwinnen, waardoor het potentieel niet optimaal benut kon worden, omdat spelers niet meer gemotiveerd waren om zich in te zetten voor de zaak. De nieuwe bondscoach gaf er na enkele maanden de brui aan en weer eens enkele maanden verder staat er een derde grote voetbalzoon van Suriname voor de ploeg.

De kersverse bondscoach ziet zich voor de immense taak geplaatst om niet alleen het niveau bij de nationale ploeg omhoog te brengen, maar ook dat van de totale voetbalorganisatie. Dat is niet eenvoudig, want dat is niet de taak van de bondscoach, maar om als professional goed te kunnen functioneren, heb je ook een professionele organisatie nodig. Er zal dus op bestuurlijk niveau bijgesteld moeten worden, in die zin dat men gaat beseffen dat de bondscoach de regie heeft over de nationale selectie. Hij geeft aan hoeveel oefenwedstrijden hij wil spelen en of trainingskampen wil opslaan en het bestuur moet ervoor zorgen dat de middelen beschikbaar zijn, zodat de gestelde doelen bereikt kunnen worden.

Winter is gestart met een meerjaren traject dat erin moet resulteren dat Suriname zich plaatst voor de volgende voetbaleindronde. Dat is geen gemakkelijke, maar wel haalbare doelstelling, mits voldaan wordt aan de gestelde eisen, zonder een ongegronde terughoudendheid om te investeren. Onderweg naar WK 2026 moet er onder andere acte de présence gegeven worden op de Goldcup. De tussendoelen zijn goede indicatoren om te zien als de zaak nog op spoor is en als er eventueel bijsturing nodig is. Ook zal gaandeweg duidelijk worden op welke linies er verdere versterking nodig is. Al met al zijn er enerverende tijden in het vooruitzicht en is samenwerking van alle actoren onontbeerlijk.

Tegelijkertijd moet het bestuur nagaan hoe het lokale voetbal op een hoger niveau te brengen, waardoor de bondscoach bij late afzeggingen van een professional, kan bogen op waardige vervangers. Om dit te bereiken zouden gediplomeerde Nederlandse coaches moeten worden aangetrokken om de jongere nationale selecties onder hun hoede te nemen, waardoor er een constante aanwas is op aanvaardbaar niveau. Een andere optie is dat het bestuur de clubs financieel ondersteunt om voor de komende 5-10 jaren, Nederlandse trainers aan te trekken om de lokale jeugdverenigingen te trainen. Dit is noodzakelijk, omdat keer op keer blijkt dat lokaal opgeleide Surinaamse talenten moeite hebben om aan te haken bij buitenlandse clubs. Dit houdt in dat zaken structureel verkeerd gaan in de opleiding. Dit gegeven moet nederig worden onderkend en liever vandaag dan morgen gecorrigeerd worden. Het lijkt hard, maar het mes moet erin, want zachte heelmeesters maken stinkende wonden.

Mireille Hoepel
Advertenties

Thursday 18 April
Wednesday 17 April
Tuesday 16 April