Cheryl Dijksteel (VHP), voorzitter van de commissie van rapporteurs, zei dat vanaf de opname van de OHT in de geneeskundige beroepen er geen JTV’ers meer opgeleid zullen worden. De bevoegdheden van de opgeleide OHT’er sluiten aan op internationale standaarden. De bedoeling is dat zij in het verre binnenland mensen moeten bedienen met preventieve en curatieve zorg. Zij die vόόr de goedkeuring van de wet zijn geslaagd worden meteen meegenomen.

“Iedereen die een diploma met daarop JTV/OHT krijgen, heeft de mogelijkheid dat in te ruilen voor een diploma waarop alleen OHT is opgenomen”, stelde Dijksteel. Met de opleiding tot OHT’er wordt de JTV-opleiding verheven tot een bachelor opleiding die vier jaar duurt in plaats van drie. Na het volgen van de OHT-opleiding krijgt de student meteen toegang tot de bachelor-masterstructuur. Bij de JTV-opleiding moest de student eerst een aanvullende curriculum doen om toegang te krijgen tot deze structuur.

Over basis mondhygiëne en preventie moet volgens Jennifer Vreedzaam (NDP) de dynamiek zijn bij het ministerie van Volksgezondheid om gezamenlijk met andere stakeholders inspanningen te plegen om een goede mondzorg te garanderen. “Maar anno 2022 is het bijna komen weg te vallen. Goede bereikbaarheid en betaalbaarheid van mondzorg met aandacht voor preventie en kwaliteit is er bijna niet meer”, sprak Vreedzaam. Zij gaf aan dat het beleid vanuit het ministerie voor het creëren en waarborgen van goede werkomstandigheden bij de JTV belangrijk is, maar dat er door de jaren heen een achteruitgang in de dienstverlening te zien is.

Vreedzaam vroeg aandacht voor het mondzorgbeleid van het ministerie. Op de begroting is er SRD 20 miljoen opgenomen voor JTV. Vreedzaam wilde weten hoeveel de subsidie is die nog moet worden gegeven aan de stichting. Zij stelde vragen over de samenwerking met andere instellingen, het plan en beleid met betrekking tot JTV-programma’s op de scholen, de dienstverlening in andere gebieden met name het binnenland. Belangrijk is volgens haar dat de deskundigen binnen JTV behouden worden. Hierbij speelt salariëring een belangrijke rol. Vreedzaam wilde ook weten hoe het ministerie brain drain zal voorkomen en wat de kosten zijn voor het opnemen van mondhygiëne in het basiszorgpakket.

Remi Kanape (BEP) zei dat de toegankelijkheid van de tandartspraktijk in heel Suriname noodzakelijk is en vroeg uitbreiding van JTV naar de districten Marowijne, Coronie, Saramacca en Sipaliwini. Daarnaast wilde hij weten wat de mogelijkheden zijn voor degenen die voor de inwerkingtreding, een opleiding voor het beroep OHT hebben doorgelopen, tot verkrijgen graad bachelor of health. Kanape vroeg zich af of deze groep de opleiding opnieuw moet volgen. Evert Karto (ABOP/PL) haalde aan dat het altijd toe te juichen is als er gewerkt wordt aan vernieuwingen in de gezondheidssector, waaronder ook de tandheelkunde valt. Hij ondersteunde de wijziging omdat de JTV in de afgelopen jaren niet alleen een stiefmoederlijke behandeling heeft gehad, maar ook omdat het nodig is dat er wordt gewerkt aan een verbeterde kwaliteit.