Vuur breidt zich uit in Cubaanse brandstofopslagplaats

Een tweede brandstofopslagtank nabij de Cubaanse supertankerhaven in Matanzas ontplofte zaterdagochtend na een brand die de nacht doorbrandde nadat de bliksem vrijdagavond een andere tank had geraakt. Volgens de Cubaanse staatstelevisie raakten bij de tweede explosie ten minste 67 mensen gewond en zijn 17 brandweerlieden vermist. Burgers waren al uit het gebied geëvacueerd.

Minister van Volksgezondheid José Angel Portal Miranda zei in een Twitter-bericht dat van de gewonden er drie in kritieke toestand waren, drie zeer ernstig en nog eens 12 in een "ernstige" toestand. Zeven patiënten werden overgebracht naar ziekenhuizen in de hoofdstad Havana.

President Miguel Diaz-Canel bezocht rond middernacht  de locatie 130 kilometer ten oosten van Havana en keerde 's ochtends terug toen de staatstelevisie live verslag uitbracht van de zich ontvouwende ramp.

Diaz-Canel plaatste voor de tweede explosie op Twitter dat eerstehulpverleners "probeerden de verspreiding van de vlammen en het morsen van brandstof te voorkomen" in de baai van Matanzas. Een latere tweet van zijn kantoor zei dat Cuba bevriende landen om advies vroeg om het vuur te blussen.

Zaterdagochtend leek het vuur volledig uit de hand te lopen en bedreigde andere nabijgelegen brandstofopslagtanks toen rook Havana bereikte.

Een paramedicus ter plaatse, die vroeg om niet geïdentificeerd te worden, zei telefonisch dat er koud water op nabijgelegen tanks werd gegoten.

Cuba lijdt dagelijks onder stroomuitval en brandstoftekorten en het verlies van brandstof en opslagcapaciteit zal de situatie waarschijnlijk verergeren.

Jorge Pinon, directeur van de Universiteit van Texas in Austin's Latijns-Amerika en Caribisch Energie- en Milieuprogramma, zei dat het gebied acht grote tanks had met elk een capaciteit van 300.000 vaten.

"Het gebied is een overslagpunt voor brandstof naar verschillende thermo-elektrische centrales, niet alleen die in de buurt, dus dit kan heel slecht nieuws zijn voor het elektriciteitsnet", zei hij.