Kolonialistische diplomatie
15 Sep 2021, 19:24
foto
Assembleelid Jennifer Vreedzaam (NDP)


(Ingezonden)

Tot vervelends toe heeft men het volk willen doen geloven dat de diplomatieke banden tussen Suriname en Nederland, gedurende de regeringen Bouterse I en II, aan herstel toe waren. De regering heeft wederom getracht alles in het werk te stellen de samenleving te misleiden, door zand in haar ogen te strooien.

De diplomatieke betrekkingen tussen Suriname en Nederland zijn blijven bestaan en in deze periode zijn bijkans 150 wederzijdse projecten uitgevoerd, die bijgedragen hebben aan de sociaal-economische ontwikkeling van Suriname. De bilaterale relatie met Nederland had geen herstel nodig, immers die waren intact. De kolonialistische diplomatie van het huidige staatshoofd, wordt verscholen achter de term 'herstel', echter niets is minder waar.

Onze president heeft op 8 september jl. geen toespraak gehouden voor de Verenigde Volksvertegenwoordiging van Nederland, immers de woordvoerder van de Tweede Kamer stelt dat het om een 'ontmoeting' zou gaan waar de aanwezige Kamerleden vragen konden stellen. Op de beelden is te zien hoe ons staatshoofd in aanwezigheid van een handjevol Kamerleden, uitgebreid een exposé hield, interne aangelegenheden rakende van de Republiek Suriname.

Ik breng de president in herinnering dat Suriname een soevereine Staat is. Het staatshoofd werd trots geflankeerd door de minister van BIBIS en de Surinaamse ambassadeur in Nederland. Het toeval wilde dat deze tete a tete georganiseerd was in de Ridderzaal. Mooie show, waarin de vader der vaderlands, niet alleen andere medeburgers en een vorige Surinaamse regering stond te bespreken, hij schroomde er echter niet voor om de pakketten die door familie en vrienden worden gestuurd naar Surinamers, te erkennen en daarvoor te bedanken en dat in de Ridderzaal!

Het diplomatieke antwoord van de koning van Nederland is kennelijk door de verpakking ervan, niet eens begrepen door ons staatshoofd. Surinamers kunnen niet visumvrij afreizen naar de voormalige kolonisator. De warme band is dus niet warm genoeg, want de Europese Unie heeft zogezegd het laatste woord. Ons staatshoofd heeft ervoor gekozen, de vraag op de man te stellen en het mooi verpakte 'nee' mee naar huis te nemen.

De regering Santokhi-Brunswijk schijnt bitter weinig het vermogen te hebben over internationale betrekkingen en diplomatie. De president werd op Schiphol ontvangen door een ambtenaar van het Nederlandse ministerie van Buitenlandse Zaken. Er was geen vertegenwoordiger van het Kabinet van de Nederlandse minister-president. Bij een officieel bilateraal werkbezoek, flankeert de ambassadeur van de ontvangende Staat, in deze Nederland, echter was die in geen velden en wegen te bekennen.

De diplomatieke lobby waar met name de minister van BIBIS leiding aan zou moeten geven en de Surinaamse ambassadeur die daaraan uitvoering geeft, was niet ondernomen. Heeft de koning van Nederland slechts een onderhoud van enkele minuten gehad met onze president? Was de gang naar de demissionaire Rutte een show?
De kolonialistische diplomatie van het werkbezoek heeft ons een Memorandum of Understanding met betrekking tot reclassering, opgeleverd. Een niet bindend instrument, waarvoor twee departementsdirecteuren al voldoende waren, echter is een deel van de ministerraad afgereisd om met een roosje in de hand te staan bij enkele monumenten op Nederlandse bodem. De koffiepauze op een universiteit tussen Surinaamse studenten en de minister van Openbare Werken, geeft blijk van de ad hoc agenda van het werkbezoek en de covid hulpmiddelen, waarvan de hoeveelheid niet is gespecificeerd in het nieuws, die onze minister van Volksgezondheid is gaan 'halen', maken het werkbezoek ronduit 'las ten'. 
 
Wat mij ook gestoord heeft is de uitspraak van de president over een "gedeeld verleden". De vraag is echter welk deel gedeeld is met de voormalige kolonisator, want de slavernij periode behoort nimmer tot het "gedeeld verleden", in mijn optiek.

Ik besluit met de Grondwet van ons geliefd Suriname, die duidelijk aangeeft dat, hoewel de president verantwoordelijk is voor ons buitenlands beleid, hij verantwoording moet afleggen in De Nationale Assemblée. Van hem wordt verwacht dat hij evenzo gedetailleerd, als hij de groep van de Eerste en Tweede Kamer van informatie heeft voorzien, deze openhartigheid ook zal tonen aan zijn medeburgers.

Jennifer Vreedzaam                                                                                                                                                         Lid van De Nationale Assemblée  
Advertenties

Saturday 20 April
Friday 19 April
Thursday 18 April