Naast de benoeming van de nieuwe functionarissen vindt het personeel het erg dat het ministerie geen oplossing brengt in de problemen die eerder zijn aangekaart. Volgens Blanker gaat het niet om nieuwe zaken. Hij zegt dat het gaat om aangelegenheden die eerder in 2015 in een protocol zijn overeengekomen met voorgangers van minister Riad Nurmohamed van Openbare Werken. “In dat protocol zijn er zaken als bevorderingen die moeten plaats vinden. Maar ook waarnemingen moeten geregeld worden,” zegt Blanker.

De loopbaanontwikkeling van het personeel is heel belangrijk en is er hiervoor speciaal aandacht gevraagd. “Het gaat dan om loopbaanontwikkeling binnen het bedrijf zelf. Maar als je nu alle functies bezet houdt door nieuwkomers is er geen sprake van doorgroei. Dus de mensen die eerder waarnamen, zien hun promotie in rook opgaan”. Volgens Blanker is een belangrijk punt uit het protocol het verzelfstandigen van Openbaar Groen. Hiervoor waren er gesprekken en zelfs een commissie in even geroepen.

Volgens de vakbondsman schijnt de huidige OW bewindsman moeite te hebben met het protocol. Blanker stelt dat het niet een stuk is dat partijen zomaar zijn overeengekomen. Hij geeft als voorbeeld dat er twk (terugwerkende  kracht) uitbetalingen zijn gedaan voor de werkers. “Daarvoor moet de Raad van Ministers eens zijn. En als je het protocol niet als onderliggende stuk brengt, hoe gaat men dan kunnen meewerken? Dus hoe zijn de betalingen dan gedaan? Ik hoop niet dat de minister een reden zoekt om de zaak niet verder uit te voeren,” vraagt Blanker zich af.

Blanker geeft aan dat er een ander punt is om aan te tonen dat het protocol in uitvoering is. Dat is door de toestemming die is gegeven om een aanbesteding te houden om veiligheidsschoeisel aan te schaffen voor de medewerkers. Zij hebben deze spullen voor het laatst in 2015 ontvangen. Volgens het protocol komen zij om de twee jaren in aanmerking. Dat is volgens de vakbondsleider sinds 2017 niet het geval geweest. Hij merkt op dat het onverantwoord is voor medewerkers, voornamelijk de veldwerkers, te werken doordat zij niet beschikken over veiligheidsschoeisel.