Menke schrijft open brief aan Chan Santokhi
09 Jul 2020, 01:31
foto
Jack Menke


Haal volk uit greep van Populisme en Consensus democratie

Terwijl de molen voor kandidaatstelling en benoemingen in hoge ambtelijke functies op volle toeren draait, voelt het volk zich (wederom) gevangen tussen grondwet, kiesregeling, ingebeelde democratie en macht. Onze grootste uitdaging na 71 jaar algemene verkiezingen is het ontbreken van een passend en stevig politiek fundament voor integriteit, democratie en ontwikkeling voor en door het volk. De grootste uitdaging ligt niet in het 'keren' van de diepe financiële crisis, maar eerder in het vinden van een passend antwoord om een breed en stevig fundament te kunnen leggen voor een duurzame toekomst. i)Welke lessen moeten we samen leren? en ii) wat kunnen we doen om het tij te keren en onze inbeelding van democratie, ontwikkelingsvisie en beleidsdaden drastisch te wijzigen? Hoogleraar Jack Menke heeft een open brief geschreven aan presidentskandidaat Chan Santokhi. 

De resultaten van de afgelopen 17 verkiezingen in 71 jaar tijd tonen onomstotelijk dat Suriname electoraal enorm instabiel is, zowel voor de periode 1949-2020 als de periode 1949-1980. Electorale instabiliteit betreft verlies of winst, dan wel groei of afname van het percentage stemmen bij verkiezingen. Behaalden de Frontpartijen in 1987 liefst 87% van de landelijk uitgebrachte stemmen (40 zetels), in 2020 behaalden de de VHP en NPS tezamen 37% van de stemmen (en 23 zetels). Dat wil zeggen een electorale instabiliteit en verlies voor de VHP en NPS van 50%.  Omgekeerd zien we de NDP in 1987-2020 groeien van 9.3% naar 17.18%, van de uitgebrachte stemmen: een electorale winst van circa 8%.  

De overige partijen - die meestal buiten het regeercentrum hebben gezeten - behaalden een electorale winst van circa 42% in deze periode. De factoren die de electorale instabiliteit beïnvloeden - korte termijn denken in politieke partijen, geen of gebrekkige interne partijdemocratie, status zoekerij en 'zweef teki'-  zien we ook terug in ons economisch en natuur beleid. De economische groei en welvaartsdeling gedurende 1949-2020, maar ook in de post-militaire periode (1987-2020) vertonen eveneens  een schommelende beweging die doorgaans dwars snijdt door regeringen en regimes die elkaar afwisselen.. 

Populisme
De NDP regering (2015-2020) vormde met haar 26 zetels formeel een coalitie met de BEP en DOE (die uit de coalitie trad) en ontpopte zich tot een voor ons land ongekend populistisch regime. Het regeerakkoord van 10 augustus 2015 met de BEP en DOE met duurzaamheid als uitgangspunt was in eerste instantie goed bedoeld, maar in de praktijk werd helaas diametraal hiertegen ingegaan. In plaats van de fundamenten te leggen voor duurzaamheid heeft de NDP regering met populistische retoriek de duurzaamheid ondermijnd en geschaad. Dit geldt voor behoud van evenwichtige ecosystemen, onderwijs, wetenschap en cultuur, welzijn en economische sectoren met potentie voor duurzaamheid. Het populisme met de centralistische politieke machtsuitoefening benadrukte in haar propaganda en beleid de tegenstelling tussen 'het volk' en 'de elite', en heeft met het creëren van een ingebeelde indruk van volksbetrokkenheid en het smeden van een directe band tussen leider en volksmassa, de wandaden tegen duurzaamheid onder het tapijt proberen te vegen. Veel financieel-economische schandalen zijn boven water gekomen. Wat betreft het wanbeleid tegen de natuur en de culturele diversiteit in het binnenland, zijn vele wandaden onder het tapijt geveegd om straks in de politieke vergetelheid te belanden. 

Het consensus coalitiemodel
Het consensus coalitiemodel met de grote nadruk op consensus tussen politieke leiders werd in de 60er jaren van de vorige eeuw en daarna gezien als de oplossing voor politiek Suriname. De politieke samenwerking tussen de etnische elites in een coalitie wordt hierbij verondersteld noodzakelijk te zijn om te voorkomen dat de vermeende explosieve situatie tussen etnische groepen tot conflicten leidt. In de politieke praktijk machtigen de politieke leiders zichzelf namens de achterban om te onderhandelen over de machtsdeling in de politiek en binnen het staatsapparaat, onder meer de verdeling van de knikkers: ministersposten en ander posities binnen het staatsapparaat. 

Terwijl het consensus coalitiemodel de rust en vrede predikt tussen de politieke leiders en via hun tussen de bevolkingsgroepen, kleven de volgende beperkingen aan deze manier van besturen en regeren.:
• Vergt veel tijd en energie om coalitie bij elkaar te houden; 
• De sterke nadruk op consensus tussen leiders en verdeling van sleutelposten binnen het staatsapparaat werkt accommodatie van vaak ondeskundige partijloyalisten en opportunisten in de hand, wat weer verlammend werkt op efficiëntie, innovatie en ontwikkeling;
• Houdt vast aan een achterhaalde ontwikkelingsstrategie (de plantage-economie strategie in een nieuw mineraal jasje). 
• Blokkeert ontwikkelingsinitiatieven, ondermijnt natievorming en nodigt uit tot instorting van het regime. Samenwerkingsverbanden zijn in wezen kleine tijdbommen die wachten om te exploderen. 

Het consensus coalitiemodel voldoet niet om de dimensies van eenheid en de positieve gemeenschappelijke waarden tussen (etnische) groepen te verklaren en te benutten voor een duurzaam beleid, voor ontwikkeling en een evenwichtige welvaartsdeling. Dit komt vooral door de te beperkte blik en nadruk op de rol van politieke leiders en hun elites, en de ongekende verambtelijking van DNA en het staatsapparaat. Het gegeven dat onze DNA historisch en ook als resultaat van de 2020 verkiezingen voor 60% bestaat uit leden afkomstig uit de ambtenarij en parastatalen schept in principe geen goede basis voor innovatief denken ter verwezenlijking van duurzaamheid. 

Ongeacht Consensus democratie of Populisme vormen politieke partijen doorgaans een probleem door de geringe interne democratie. De leden van lagere partijorganen van politieke partijen hebben doorgaans weinig of geen vertrouwen in de partij, vooral als het gaat om grotere ideële doelen en het algemeen belang. Velen sluiten zich uit eigen belang aan bij een kern of afdeling, waardoor het lidmaatschap ook sterk conjunctureel is: tijdens verkiezingscampagnes neemt het aantal leden van partijorganen enorm toe, om na de verkiezingen weer sterk af te nemen. Bij de grotere partijen blijven de leden soms langer lid van de lagere partijorganen, waarschijnlijk omdat deze partijen vaker in het machtscentrum zitten, en hierdoor meer perspectieven bieden voor het 'regelen' van leden uit (lagere) partijorganen.  

Wat in de gegeven situatie doen om het tij te keren?
1. Politieke partijen zijn tot dominante machtsfactor geworden volgens de grondwet van 1987, de wet op politieke organisaties (1988) en de wet op het terugroeprecht (2005). Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat deze wettelijke machtsbasis in schril contrast staat tot de gebrekkige interne partijdemocratie, en het dalen van het vertrouwen bij kiezers in politieke partijen tot bijna het nulpunt, en de ontoereikende kennis voor ontwikkeling. Advies: Maak een crash en duurzaam programma voor het bijbrengen van kennis over ontwikkeling voor het kader van de coalitie- en oppositiepartijen.

2. Maak een indeling van de ministeries en parastatalen in clusters van beleidsgebieden
- Sociaal-cultureel
- Natuur
- Economisch
- Politiek-bestuurlijk

3. Stel een raad in van onafhankelijke deskundigen voor elk van de vier clusters van ministeries die ressorteert onder de president.

4. Gelet op de verzwakking van ministeries en kerninstituten van de Staat, alsmede de kwalitatieve ontoereikendheid van veel kader, dient een netwerk/denktank voor permanente kennisontwikkeling en ontwikkelingsvisie te worden opgericht. Deze dient tevens te upgraden de DNA leden en het ambtelijk/beleidskader per ministerie.

5. Ontpolitiseer Staat en Economie, en met name de staatsbedrijven en parastatalen en plaats overwegend onafhankelijk technisch kader in besturen, RvC’s, diplomatie en directies. 

6. Ontwerp een ontwikkelingsstrategie door onafhankelijke deskundigen met duurzaamheid als speerpunt, welke is  afgestemd op de Surinaamse en de regionale werkelijkheid;

7. Creëer een basis in een nieuwe grondwet, kiesregeling en het toekomstig regeringsbeleid om politieke partijen die begripsmatig zijn verworden tot dinosaurussen van de 21e eeuw, te maken  tot betrouwbare en vertrouwenwekkende partners voor integriteit, democratie en ontwikkeling.

Chan Santokhi wordt sterkte, wijsheid en vooral standvastigheid toegewenst  bij de moeilijke taken die hij als politiek leider nu en mogelijk  in de nabije toekomst op zijn schouders zal dragen.

U kunt de open brief hier downloaden. 
pdf-icon.gif OPEN_BRIEF_AAN_CHAN_SANTHOKHI.pdf                
Advertenties