Vervolging Hoefdraad is strafrechtelijk ingegeven
12 Mar 2020, 13:40
foto


Een reactie op het artikel van mr. drs. Ashwin Gonesh lijkt mij op zijn plaats. Ten eerste wekt de auteur – wellicht onbedoeld – de indruk dat aangiftes tegen c.q. vervolging van minister Hoefdraad “politiek gemotiveerd” zouden zijn. Ten tweede heeft de auteur het lex mitior-beginsel heel eng geïnterpreteerd zonder medebeschouwing van de specifieke Surinaamse staatsrechtelijke context.

Voor degenen die de tel zijn kwijtgeraakt is het nuttig te vermelden dat er tot dusver drie aangiftes tegen minister Hoefdraad zijn gedaan. De eerste twee gingen over het overschrijden van het leenplafond. De aangifte door Maisha Neus/ Strei! werd recent door het Hof als niet ontvankelijk beoordeeld. Bij de aangifte door de VHP zag het Openbaar Ministerie af van vervolging omdat de strafbaarheid hangende het onderzoek werd afgeschaft. De derde aangifte, welke door verschillende personen werd gedaan, betrof de “verdwijning” van de kasreserves. Dit artikel heeft alleen betrekking op de eerste twee aangiftes.

Iedereen met uitzondering van niemand is vervolgbaar indien hij/zij een strafbaar feit begaat. Dat is de kern van de rechtsstaat: Niemand staat boven de wet en ook de minister niet. Als de wet het overschrijden van het leenplafond door de minister strafbaar stelt, dan mag elke burger daarvan aangifte doen. Dat maakt de aangifte geen politieke daad. Net zomin het een politieke daad zou zijn om aangifte te doen tegen een minister die zich schuldig heeft gemaakt aan bijvoorbeeld verkrachting.

De Wet op de Staatsschuld van 2002 bevatte een strafbepaling welke de minister van Financiën verbood om meer te lenen dan het wettelijke plafond. Deed hij dat toch, dan kon hij naar de gevangenis. Het doel hiervan was Suriname te behoeden voor een herhaling van de periode Wijdenbosch. Toen steeg de staatsschuld enorm, was de monetaire reserve op, en sloeg de koers op hol. De oplettende lezer zal wellicht een gevoel van déjà vu ervaren.

Het is een feit dat het leenplafond is overschreden. Sinds november 2019 is de strafbaarheid van overschrijding van het leenplafond echter opgeheven. Zo op het eerste gezicht lijkt het dus alsof de minister dus niet meer strafbaar is. Dit zou volgen uit het lex mitior beginsel dat vereist dat in geval de wet wordt gewijzigd, de voor de verdachte meest gunstige bepalingen worden toegepast.

Nu is het zo dat een wet ten doel heeft het algemeen belang te behartigen. In dit geval echter ging het om het voorkomen dat de minister werd vervolgd. Dit is geen algemeen belang maar een particulier belang van een toevallige minister. Dergelijke wetgeving om een verdachte de dans te laten ontspringen, is inmenging in zuivere vorm hetgeen door de Grondwet is verboden.

Het toetsen van de wetswijziging aan de Grondwet is in beginsel alleen voorbehouden aan het Constitutioneel Hof. Concludeert dit Hof dat er inmenging is, dan zal daarmee de wetswijziging nietig zijn en is de strafbaarheid hersteld. Daarna kan een nieuw strafrechtelijk onderzoek in gang worden gezet. Het is daarbij niet van belang of de betreffende minister nog in functie is. Bewindslieden blijven immers ook ná hun aftreden strafrechtelijk vervolgbaar.
Het wachten is nu nog op het Constitutioneel Hof.

dr.mr.ir. Viren Ajodhia
Advertenties