Middelbaar onderwijs in Marowijne nader bekeken
07 Jul 2019, 08:32
foto


Het ontwikkelen van beleid heeft te maken met het gaan van een ongewenst heden (geen middelbaar onderwijs in Marowijne) naar een gewenste toekomst (wel middelbaar onderwijs in Marowijne). Het ontbreken van middelbaar onderwijs in Marowijne betekent nog niet dat het een ongewenste situatie is, maar het kan zijn dat het niet rendabel en verantwoordelijk is om middelbaar onderwijs aan te bieden in Marowijne. 

Om de juiste feiten vast te stellen zal er een gedegen wetenschappelijk haalbaarheidsonderzoek verricht moeten worden. Het belangrijkste aspect waarop het haalbaarheidsonderzoek zich ten eerste moet richten is om te weten te komen hoeveel kinderen per jaar slagen van de drie VOJ-scholen in Marowijne en wat zijn de richtingen die zij graag kiezen (HAVO, VWO, NATIN, IMEAO & Kweekschool), waardoor er bepaald kan worden welk type middelbaar onderwijs in Marowijne moet komen. Ten tweede moet er worden nagegaan of er docenten te vinden zijn voor het middelbaar onderwijs aldaar. De docenten moeten op een pedagogisch verantwoordelijke wijze worden gehuisvest, dus er zal ook nagegaan moeten worden waar de docenten ondergebracht zullen worden. Als er geen voldoende faciliteiten zijn, zal er bijgebouwd moeten worden. Er moeten dus voldoende financiële middelen zijn om de docentenverblijven te renoveren/uitbreiden. 

Ten derde moet er nagegaan worden of er financiële middelen zijn om het instituut pedagogisch verantwoordelijk in te richten (bouwen/renovatie van het gebouw, schoolmeubilair & studiemateriaal inclusief practicum aangelegenheden). Ten slotte zal er onderzocht moeten worden of de studenten/ouders bereid zijn om het middelbaar onderwijs ter plaatse te volgen. Nadat het rapport is samengesteld, is het verstandig dat de verantwoordelijken de resultaten te presenteren aan of delen met alle belangrijke belanghebbenden in het district. Hierbij is het belangrijk om de feiten waarom er wel/geen middelbaar onderwijs mogelijk is duidelijk te accentueren. In de meeste gevallen willen mensen geen proefkonijn zijn en kiezen dus voor zekerheid door op de oude wijze door te gaan. 

Op 10 mei 2015 heeft een regeringsdelegatie, onder wie de toenmalige gezaghebbers Ashwin Adhin (Onderwijsminister), Soerish Algoe (LVV-minister) en Robert Peneux (Onderwijsdirecteur), een naambord onthuld voor aan te Moengo met het opschrift 'Hier komt VOS Scholengemeenschap Marowijne'. De situatie ter plekken vandaag aan de dag is te zien op de ingesloten foto. Gezien de datum waarop men het naambord had onthuld en de situatie nu ter plekke kan de overheid niemand kwalijk nemen wanneer zij wordt verweten van een planloze verkiezingsstunt ter misleiding om stemmen te winnen.



President Desiré Bouterse heeft in zijn interview, voorafgaand aan de 40e Caricom staatshoofden en regeringsleiders meeting in St. Lucia van 3 - 5 juli 2019, gesproken over de portfolio Gemeenschapsontwikkeling en Culturele Samenwerking welke Suriname overziet. Hierbinnen valt het ook het deelgebied cultuur. De president vindt het belangrijk dat Suriname dit portfolio coördineert, omdat het de belangrijkste elementen voor regionale ontwikkeling heeft. De president stelde dat we vooral de jongeren binnen de regio, erkenning moeten geven voor hun belangrijke bijdrage aan het bevorderen van een regionale identiteit door de vele prestaties op het gebied van sport en kunst.

Als wij dit interview van de president plaatsen tegenover de handelingen die districtscommissaris Kenya Pansa van Marowijne Zuid-West heeft laten verrichten in de Stichting Kibii Tembe Art Studio te Moengo, dan zijn het twee zaken die lijnrecht tegenover elkaar staan. De Stichting Kibii heeft Suriname in het algemeen en Marowijne in het bijzonder een waardige plaats gegeven in de internationale kunstwereld. Het ontwikkelen van plaatselijke jeugdige kunst- en podiumtalenten en het jaarlijkse wervellende Moengo Festival zijn de resultaten van harde en effectieve inzet van de stichting. Dit verdient volle waardering en koestering.

Het is duidelijk dat het aanvangen met middelbaar onderwijs niet hetzelfde als het toevallig opstarten van een eethuis/warung/onsbelang. Zelf voor het opstarten van een eethuis/warung/onsbelang dient men vooraf marktonderzoek te doen om te weten te komen of het rendabel zal zijn. Zo dient men ook een deskundig wetenschappelijk onderzoek te doen bij onderwijsaangelegenheden. De regering dient lering te trekken uit de fouten die zijn gemaakt bij de onderwijsprojecten Naschoolse Opvang en Aankoop Nieuwe Schoolboeken. Deze twee projecten zijn twee van de grootste beleidsmissers en geldvernietigers in de Surinaamse onderwijsgeschiedenis. Laten wij lering trekken uit deze kardinale blunders, waardoor wij het belang van Surinaams kind steeds beter gaan dienen. Laten wij liever gisteren dan vandaag overgaan tot het ontwikkelen van beleid dat gericht is op de toekomst van de komende generatie, dan dat wij bij beleidsontwikkelingen steeds focussen op behalen van de winst bij de volgende verkiezingen.

R. Ravenberg, Ph.D, MBA
rub_rav@yahoo.com

Advertenties