DNA keurt naturalisatie 202 personen goed

“Het is triest dat wij heden aan de vooravond van onze 43e onafhankelijkheidsjaar, 202 personen zullen worden toegelaten tot het Surinaams burgerschap zonder dat zij een inburgeringsplicht hebben gevolgd”, uit parlementariër Ingrid Karta-Bink (PL) misnoegd in De Nationale Assemblee (DNA). De regering heeft vrijdag met 29 stemmen vóór toestemming gekregen om 202 personen de Surinaamse nationaliteit te verlenen door naturalisatie. Het gaat om 169 naturalisatie aanvragen en 33 mede genaturaliseerden.

“Het proces van het leren van de taal, van kennis van onze geschiedenis en inzicht krijgen van allerlei aspecten van onze samenleving. Hoe kunnen wij nieuwe burgers accepteren waarvan we niet eens weten of zij de taal machtig zijn, hoe willen wij het nationalisme bij deze nieuwe burgers bevorderen als zij de betekenis van ons volkslied niet eens kennen”, vraagt het commissielid. Het is volgen Karta-Bink niet de schuld van deze nieuwe burgers, het is de plicht van de overheid om de inburgeringsplicht in een staatsbesluit op te maken.

Minister Soewarto Moestadja van Arbeid, heeft namens zijn collega Stuart Getrouw van Justitie en Politie (Juspol), geprobeerd enkele vragen te beantwoorden. “De regering is al begonnen om een aantal zaken waaronder de inburgeringsplicht als voorwaarde te vervatten in een staatsbesluit, maar vooralsnog zijn de inspanningen nog niet zichtbaar. Het heeft echt onze aandacht”, antwoordt Moestadja op de vraag van Karta-Bink.

“Ik weet dat de regering hard haar best doet om dat van de inburgering te bewerkstelligen, dat kan ik beamen aan de hand van een presentatie die gegeven is door de afdeling Vreemdelingenzaken van het ministerie van Juspol”, zegt commissievoorzitter Grace Watamaleo (NDP). Zij spoort het ministerie aan dit met voortvarendheid af te werken. “Heel opmerkelijk bij deze behandeling van naturalisatie, is dat het de eerste keer is dat wij online aanvragen en verzoeken hebben gehad. Ik wil de afdeling Vreemdelingenzaken van Justitie en Politie een compliment hiervoor geven, want het is zeker een mijlpaal”, aldus Watamaleo.

Keshopersad Gangaram Panday (NDP) uit zijn bezorgdheid over het naturaliseren van personen zonder een beroep. “Het is niet de eerste keer dat dit geschiedt en bij de vorige behandeling hebben we gezegd dat dat niet meer het geval moet zijn. En nu zien we weer 45 mensen zonder beroep.” Hij hoopt niet dat mensen die geen beroep hebben, tot Surinamers gemaakt worden. “Surinamers hebben al geen werk en dan moeten wij nog mensen gaan verzorgen uit het budget dat wij ter beschikking hebben voor de kansarmen.”

Gangaram Panday krijgt steun voor zijn standpunt van VHP-fractievoorzitter Chan Santokhi die wil weten wat het nationaal belang is van deze groep. “Wat is de toegevoegde waarde voor de economie van ons land. Tegen deze achtergrond vraag ik wat het probleem is van deze regering om die criteria samen te stellen in een staatsbesluit over de inburgering. Is dat zo moeilijk”, vraagt Santokhi. Grace Watamaleo antwoordt hierop dat formeel de personen geen beroep hebben, maar dat het gaat om ouderen die een pensioenvergoeding ontvangen en personen die iemand hebben die garant staat voor hen.

“Worden de Brazilianen aangemoedigd om de Surinaamse nationaliteit aan te vragen? Een aantal zit in de onderneming. Ze heeft een middel van bestaan hier opgebouwd. Ze maakt deel uit van de Surinaamse samenleving. Wat is hun status en wat is de status die wij als land zouden willen hebben van deze groep”, merkt Krishna Mathoera (VHP) op naar aanleiding van de kleine groep Brazilianen die is opgenomen in de naturalisatie. Ook wil zij weten waarom de regering vasthoudt aan een bedrag van SRD 200 voor een naturalisatie, aangezien de regering geld nodig heeft. “Ik vind die SRD 200 een vrij belachelijk laag bedrag. Als we een hoger bedrag hadden, hadden we meer inkomsten in plaats van je eigen mensen opzadelen met extra kosten”, meent Mathoera.

“We weten dat wanneer de regering straks het bedrag gaat herzien, dat ook met zich meebrengt dat de wet moet worden gewijzigd. Dit houdt ook in dat wij de wet die werkvergunningen regelt vanuit Arbeid ook tegelijkertijd moeten gaan ontwerpen. Tegenwoordig hebben we in de wereld ook het recht van migratie, van asiel, dus wij moeten niet het bedrag aanpassen om te ontmoedigen”, laat minister Moestadja optekenen.


Yvanka Ozir-Awailame