Een convenant tussen onderwijsbond en MinOWC (3)
21 Nov 2018, 04:43
foto
Ivan Fernald


Er is een gespannen relatie ontstaan tussen BvL/ALS en het Ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur (MinOWC). De polarisatie heeft geleid tot een ware krachtmeting. De mening heeft bij de vakbond postgevat dat slechts met acties inwilliging van rechtvaardige eisen kan worden afgedwongen. MinOWC laat zich niet onbetuigd. Maatregelen tegen actievoerende leraren worden in het vooruitzicht gesteld. In een 5-tal artikelen zal het thema: Onderwijs, wij staan erbij en kijken ernaar belicht worden. Ivan Fernald bespreekt de vraagstukken in het onderwijs.

Het is opvallend dat sinds de introductie van een korte metten-harde taal strategie in 2015, de controverse in hevigheid is toegenomen. Dat blijkt alleszins te maken te hebben met de wijze van communiceren. Er zijn publiekelijk over en weer onnodig kwetsende uitlatingen gedaan. Dat is geen basis voor een gezonde verstandhouding. Het is gebleken dat vakbondsacties niet alleen gevoerd worden om looneisen of andere primaire arbeidsvoorzieningen af te dwingen. Het gaat veelal om andere aangelegenheden en er is een basis om dergelijke acties te voorkomen. Gestructureerd overleg en monitoring van afspraken kunnen escalatie voorkomen. Het geschonden vertrouwen tussen de minister en de vakbond moet worden hersteld en de wederzijdse goede wil moet worden getoond. De focus moet verlegd worden naar het voorkomen van acties die lesonderbrekingen tot gevolg hebben. Duurzame oplossingen worden in overleg gevonden.

Convenant
1. Ik pleit voor een convenant als basisvoorwaarde om uit de impasse te geraken. Het convenant is een schriftelijke afspraak tussen MinOWC en onderwijsvakbond waarin een code of conduct (gedragsregels) en beleidsdoelstellingen zijn opgenomen. Het convenant is te herleiden tot twee kernoverwegingen:
a. Medeverantwoordelijkheid.
De onderwijsvakbond wordt niet alleen geraadpleegd bij rechtspositionele aangelegenheden maar ook als het fundamentele onderwijsinhoudelijke- en structuurwijzigingen betreft die consequenties hebben voor het onderwijsveld.
b. Het MinOWC stemt in om de vakbeweging tegemoet te treden als partner die recht heeft op advies, informatie, initiatief en overleg.

Nut van inspraak
Het fenomeen inspraak is niet vanzelfsprekend in het besluitvormingsproces in Suriname. Dat vereist een mindshift in het politiek-bestuurlijk denken.
Medezeggenschap is belangrijk omdat het draagvlak voor beleid creëert. Het is belangrijk dat leraren zich gehoord voelen. Wanneer belanghebbenden via de bond bij de besluitvorming zijn betrokken, kan het MinOWC rekenen op een breed draagvlak. Bovendien mag er niet voorbijgaan worden aan de deskundigheid van het lerarenkorps. Zonder ondersteuning van leerkrachten zal de zo noodzakelijke innovatie tot mislukken gedoemd zijn.

Het convenant biedt geen directe beslissingsbevoegdheid aan de vakbeweging. Bij medezeggenschap wordt de mening van de vakbond meegenomen in de besluitvorming. De politieke verantwoordelijkheid blijft bij de regering. Maar al te vaak blijkt, dat er onvoldoende uitvoering gegeven wordt aan overeenkomsten. De samenwerking kan geregeld worden via procedures en protocollen. Gestructureerd overleg kan voorkomen dat conflicten uit de hand lopen. Strikte monitoring in de vorm van een (gezamenlijke) Monitoring- en Evaluatiecommissie zal het ongerief tot het minimum beperken omdat er tijdig aan de bel getrokken kan worden. Een competente Programma Implementatie Unit (PIU) draagt zorg voor tijdige signalering bij stagnatie in de uitvoering waardoor bijsturing kan plaatsvinden.

Medeverantwoordelijkheid en betrokkenheid zijn de pijlers waarop het convenant rust. Meningsverschillen zijn niet per definitie onwenselijk omdat verschillen in inzicht de dynamiek kunnen vergroten en een win-win situatie kunnen creëren. Er zullen altijd wel verschillende standpunten zijn over belangen, posities en issues. Confrontaties zullen niet tot het verleden gaan behoren maar het convenant biedt wel een forum om polarisatie te verminderen zonder dat er afbreuk gedaan wordt aan de het recht van de leden van de onderwijsvakbond. In die gevallen waarbij partijen tegenover elkaar staan kan het convenant een fundament bieden om geschillen te beslechten. Er kan ook een bemiddelingsclausule worden ingebouwd.

Het gepresenteerde oplossingsmodel is in feite een reactie op de polariteit MinOWC en BVL/ALS enerzijds en een grote mate van passiviteit in de samenleving anderzijds. Wij staan erbij en kijken ernaar. Suriname heeft behoefte aan een actieve betrokkenheid van de samenleving. Onderwijs is van nationale allure. Het volk is grootaandeelhouder van onderwijs en hij zal zijn passieve houding moeten laten varen. Een nationaal platform voor onderwijs en ontwikkeling is dringend vereist. Daarnaast zullen bestaande instituties in het bijzonder ‘Onderzoek en Planning’ aanmerkelijk versterkt moeten worden.

Ivan Fernald

Deel 1: Vakbeweging: medespeler, dwarsligger of partner?

Deel 2: Gemeenschappelijke basis om uit impasse te geraken
Advertenties