Raadsman plaatst vraagtekens bij getuigenverklaringen
09 Nov 2018, 22:50
foto


Clyde B. en Fabiel A. hebben op verschillende tijdstippen diverse berovingen gepleegd. In deze strafzaak heeft kantonrechter Marie Mettendaf op de rechtszitting van donderdag twee getuigen en de verdachten gehoord. De verdachten kwamen terug op hun verklaringen en ontkenden dat zij enige betrokkenheid bij de beroving hebben gehad.

De eerste getuige, een politieman, verklaarde dat Clyde B. in beeld kwam nadat een andere verdachte gedetailleerde verklaringen over zijn medeplichtigheid in een beroving te Moengo had gegeven. Clyde B. bekende het feit en vertelde ook dat hij andere berovingen met andere comparanten had gepleegd. Hij gaf gedetailleerde informatie.

Toen werden de camerabeelden getoond aan Clyde B. en hij gaf de namen van de verdachten die allen gemaskerd waren door. Ook zichzelf herkende hij op de beelden. Op de rechtszitting kwam hij echter terug op zijn verklaringen.

De getuige verklaarde verder dat zowel Clyde B. als Fabiel A. gedetailleerde verklaringen had afgelegd. Bij één van de berovingen was zijn mobiele telefoon in de winkelpand achtergebleven. De verdachte haalde zijn masker weg en ging de zaak binnen om zijn telefoon te halen. Deze beelden zijn opgenomen op de camera. Wat niet gevonden is, is het wapen. Clyde B. beweerde dat het wapen een ander toebehoort, terwijl Fabiel A. verklaarde dat het wapen van Clyde B. is.

Mettendaf vroeg aan de verdachte Clyde B. waarom hij nu alles ontkent. Volgens haar was de verdachte erbij en heeft hij dat zelf toegegeven. De verdachte zei dat hij was mishandeld en daarom had bekend. De kantonrechter vroeg zich af waarom Clyde B. mishandeld moest worden aangezien hij alles al uit zichzelf gedetailleerd had verklaard.

Advocaat Irvin Kanhai die Clyde B. juridisch bijstaat, vroeg aan de getuige waarom de verdachte ineens een omslag maakte en alles had bekend. De raadsman voerde aan dat zijn cliënt bij de rechter-commissaris had ontkend, wat ook zo was bij zijn verhoor bij een andere collega. En dan plotseling maakte Clyde B. bij de getuige wel een omslag. De getuige zei dat hij dat niet kan verklaren en dat die vraag door de verdachte moet worden beantwoord. “U moet mij niet naar hem verwijzen. Ik heb u gevraagd, dan dient u mij het antwoord te geven. Als u het niet weet, zegt dat maar”, legde Kanhai uit aan de getuige. Hij vroeg de getuige om hij Clyde B. enig moment had herkend op de beelden. De getuige antwoordde met ‘nee’.

De tweede getuige, wederom een politieman, verklaarde dat Clyde B. en Fabiel A. twee berovingen bij hem hadden bekend. Ook hadden ze gedetailleerde informatie verstrekt. Zelf heeft hij de verdachten niet herkend op de beelden, omdat ze gemaskerd waren.

Kanhai vroeg de getuige of Clyde B. juist vertolkt was. De getuige beaamde van wel, aangezien de verdachte niet het Nederlands machtig is. Kanhai vond twijfelde aan de woorden en zinsconstructies die waren opgenomen in het processenverbaal. Hij vroeg zich af of die daadwerkelijk van zijn cliënt waren. De getuige bevestigde dat ze van Clyde B. afkomstig waren.

Uiteindelijk vroeg de raadsman om Fabiel A. als getuige tegen Clyde B. te willen horen op de eerstvolgende rechtszitting. Mettendaf wees het verzoek van de raadsman af, omdat Fabiel A. geen advocaat heeft en zijn rechten en plichten misschien niet goed snapt. Aan hem werd advocaat Shefani Amirkhan toegewezen. Op 13 december wordt deze zaak verder behandeld.

Wanita Ramnath

Advertenties

Thursday 25 April
Wednesday 24 April
Tuesday 23 April