Rechtsstatelijk denken!
27 Aug 2018, 04:38
foto


Terecht heeft de 'Hofpresident' (de wnd. President van het Hof van Justitie) de gelegenheid te baat genomen om de omstandigheden binnen de rechterlijke macht in het algemeen en bij het Hof van Justitie in het bijzonder, ter sprake te brengen.
Daarbij viel het me op dat het accent gelegd werd op het aantal rechters om het rechterlijke werk te kunnen doen en het salaris. Er zijn momenteel 19 rechters, terwijl er volgens de wet op de Inrichting en Samenstelling van de Rechterlijke Macht, minimaal 40 rechters zouden moeten zijn, aldus valt o.a. uit het relaas van de Hofpresident te lezen. Deze chronische onderbezetting leidt tot ongewenste lange doorlooptijden en onaanvaardbare achterstanden.

De keerzijde is dat voor de dienstverlening, als we letten op de mogelijkheden om juridische bijstand te verschaffen aan justitiabelen, er een korps van tenminste 190 advocaten bestaat. Deze advocaten die evenals de rechters ook jurist zijn, zijn zich er toch van bewust, althans horen te weten of een eis van hun cliënt kans van slagen heeft?

Dit rechtsstatelijk denken moet toch kunnen resulteren in kortere doorlooptijden en aanvaardbare achterstanden voor de rechters? Omdat de benadering van een juridisch geschil zijn grondslag zal moeten vinden in de voorloper van het rechtsstatelijk denken, rechtschapenheid wat zal moeten gelden voor zowel de advocaat als de rechter.

Geen winstbejag of emotionele binding, noch familiaire verhoudingen en in enkele gevallen politieke beïnvloeding of andere belangen, mogen een rol spelen bij de toepassing van het rechtsstatelijke denken. Met andere woorden indien een ieder zich houdt aan de regels van de rechtsstaat, maar ook aan dit fundament gewerkt wordt, dan denk ik dat de sombere verwachting over het verloop van het aantal rechters tussen nu en 2032, zal meevallen.
Ook het inroepen van artikel 135 van de Grondwet zou de druk kunnen beperken. Deze benadering betekent niet dat er geen achterstanden bij de Rechterlijke Macht met rechtspraak belast, bestaan.
Laat mij een concreet voorbeeld geven over de gedachtegang van rechtsstatelijk denken. “ Onrecht zal nooit zegevieren” Dit is de mening en het gevoel dat een belanghebbende heeft over een juridisch geschil van hem met de Staat of overheid.

Als in beschouwing wordt genomen waar het op slaat of waar het om gaat, dan blijkt al gauw voor zij die het moeten weten (de rechter en de advocaat) dat er hier geen sprake kan zijn van onrecht in juridische zin, gedaan aan belanghebbende. Hier is in kort geding terecht een vordering afgewezen.
Zonder het vonnis inhoudelijk te kennen kan door rechtsstatelijk te denken men te weten komen dat deze case niet thuishoort bij de kort geding rechter, waardoor die rechter ook geen andere keuze heeft. Primair betreft het hier een ambtenaar met een aanstelling en ingevolge de wet met name de Personeelswet, beoordeelt het Hof van Justitie in eerste en hoogste aanleg over vorderingen in ambtenarenzaken.
Zonder deze casus verder publiekelijk te behandelen, wil ik het als voorbeeld nemen om aan te geven, op welke wijze de rechters en de Rechterlijke macht in het algemeen onnodig worden opgehouden, waardoor inderdaad lange doorlooptijden en onaanvaardbare achterstanden ontstaan.
Dit alles soms door onwetendheid of laksheid.

Eugène van der San
N.B: Voor wat betreft de politieke beïnvloeding, beschikt ondergetekende over een concreet geval.
Advertenties

Thursday 28 March
Wednesday 27 March
Tuesday 26 March