Regering lokt constitutionele crisis uit

Artikel 90 lid 2 van de Grondwet zegt: De President is verantwoording verschuldigd aan De Nationale Assemblee en in artikel 116 lid 2 van de Grondwet valt ook te lezen: De Regering is verantwoording verschuldigd aan De Nationale Assemblee.

De fractieleider van de coalitie, André Misiekaba, laat eind juli 2018 optekenen dat de voorbereiding van de ontmanteling van de Suralco raffinaderij die nu getroffen wordt, illegaal is. De ontmanteling moet aangehouden worden totdat de Brokopondo Overeenkomst (BO) is gewijzigd, vulde Assembleevoorzitter Jennifer Geerlings-Simons aan, na de ‘uitgebreide’ informatie die vicepresident Ashwin Adhin heeft gegeven.

De president heeft eerder in oktober 2017 De Nationale Assemblee beloofd dat de concepten van wijzigingen van de BO uiterlijk december 2017 zouden worden gestuurd. Daarna heeft de president in februari 2018 weer beterschap beloofd en aangegeven dat hij dat uiterlijk juli 2018 zou doen. Eind juli zegt de vicepresident dat de concepten nog niet overhandigd kunnen worden.
Misiekaba zegt daarop onomwonden, dat de NDP-fractie, maar ook BEP en HVB, dat de coalitie niet blij is met de ontwikkelingen, maar verbindt er totaal geen consequenties aan.

Vicepresident Ashwin Adhin heeft in De Nationale Assemblee met een overvloed aan woorden, weer eens duidelijk gemaakt en blijk gegeven van het bestuurlijk onvermogen van Bouterse II om de nationale belangen en anti-patriottische gedachte van het volk van Suriname te kunnen bewaken en uiteindelijk te grabbel hebben gegooid voor groot kapitaal en persoonlijk gewin voor enkelen.
Met de tot nu toe bewandelde strategie van regering-Bouterse II, draagt zij de bauxietindustrie alleen maar ten grave voor de Republiek Suriname.
En het is niet voor de eerste keer, dat wanneer het te heet onder de voeten van de president wordt, dat hij vicepresident als excuus – die zich daarvoor ook lenen- van stal haalt om de kastanjes uit de vuur voor hem te halen.

Nogmaals voor de geschiedenis. In de kwestie van de Amnestiewet, is het niet anders geweest. Toen moest ex-vicepresident Ameerali opdraven. DNA-lid Santokhi stelde onlangs ook nog in het parlement, dat de president ook nog schriftelijk bevestigd heeft dat Suralco geen wanprestatie jegens de Republiek Suriname levert in de naleving van de Brokopondo overeenkomst.

Dat de regering de Republiek Suriname in zo’n positie heeft doen belanden, ligt het hem er ook in, doordat zij grove nalatigheid verweten kan worden, door zelfs niet op brieven van Suralco te antwoorden. De vicepresident zwijgt natuurlijk als het graf hierover en door dit bestuurlijke gedrag zou de juridische positie van de Republiek Suriname in relatie tot Alcoa totaal zijn verzwakt, wat mede de dominantie van Alcoa in vormgeving en uitkomst van de onderhandelingen heeft bevorderd.

De Nationale Assemblee en het Surinaamse volk, zal naast andere informatie, de volledige briefwisseling tussen Alcoa/Suralco en de regeringen Bouterse I en II, met het parlement moeten delen, zodat zaken transparant zijn en het debat omtrent de handelingen van de regering in volle omvang gevoerd kan worden voor het behoud van de bauxietindustrie voor de Republiek Suriname, waar het Surinaamse volk alleen maar verliezer van is.

Ook de Vereniging van Economisten in Suriname heeft zich in deze kwestie niet onberoerd gelaten en verwijt de regering van systematisch gebrek aan transparantie. Ook de gepresenteerde rekensom en cijfers van de vicepresident tegen de achtergrond van milieuaspecten, overtuigd niet en misleid alleen maar verder.

Voor niemand behalve waarschijnlijk voor een kleine groep ingewijden is het duidelijk waarom de regering zich zo inspant om ten nadele van het Surinaamse belang, juist het belang van de multinational te dienen. Alle regels en afspraken worden in het voordeel van Alcoa vertaald of verdraaid. En dat komt dan van een regeringspartij die altijd de indruk heeft gewekt een revolutie te willen voeren voor de belangen van de gewone Surinamer. Waar zijn al die idealen gebleven om op te komen tegen onderdrukking en uitbuiting van ons volk?

De regering Bouterse II loopt langzamerhand steeds vaster en heeft zich volledig gemanoeuvreerd in een volksvijandig beleid en maakt het gat steeds groter dat er een latente vertrouwenscrisis is ontstaan, met het volk en haar intelligentsia en de betrouwbaarheid van haar uitspraken.
De regering veroorzaakt hiermee moedwillig een constitutionele crisis, vanwege de mate en waarde van de betrouwbaarheid van het doen van uitspraken en handelingen om de Republiek Suriname nog te kunnen leiden in woelige wateren en zet de natie in gevaar.

De regering schendt hiermede flagrant, artikel 1 van de Grondwet:
1. De Republiek Suriname is een democratische Staat gebaseerd op de soevereiniteit van het volk en op eerbiediging en waarborging van fundamentele rechten en vrijheden.
2. De Surinaamse Natie bepaalt haar economische, sociale en culturele ontwikkeling in volle vrijheid.

Roy Nanhkoesingh