Suriname 2018: BANG om te STEM-men?
19 May 2018, 10:19
foto
Team Suriname (in het rood) met de robot
'Zweef Teki' (rechts van de cameraman) in Washington D.C. tijdens de First Global Robot Olympics.


(Aangeboden☆)

Suriname heeft vorig jaar voor het eerst geparticipeerd geparticipeerd in de First Global Challenge, ook wel bekend als de Robot Olymics. Tijdens dit evenement kwamen verschillende landen tegen elkaar uit om met een zelfgebouwde robot in een simulatie water te zuiveren, te collecteren, en een stormvloed te kunnen anticiperen. Het doel van dit evenement was om te zien welke ontwerpen het meest betrouwbaar, efficiënt, effectief, etc. waren, waarbij deze vervolgens gebruikt kunnen worden om levensechte problemen (in dit geval dus m.b.t. waterproblematiek) aan te pakken.

Na maanden van voorbereidingen – het continu doorlopen van de cyclus van de robot bouwen, programmeren, uittesten en aanpassen, en het formuleren van een wedstrijdstrategie – heeft een team van Surinaamse tieners met zijn robot 'Zweef Teki' de 49e plaats behaald in Washington D.C., en daarmee zelfs landen als Japan, de V.S., Nederland en Zuid-Korea, ver achter zich gelaten.

De gedachte achter het uitschrijven van deze prijsvraag (een zogenaamd 'gamification' event) is de wereldwijde consensus dat met computertechnologie, nanotechnologie, cognitieve wetenschappen en biotechnologie, die in recente jaren prominent zijn opgekomen, landen persistente problemen kunnen oplossen en mogelijkheden kunnen aangrijpen. Deze technologieën worden ook wel aangeduid met het acroniem 'BANG' (bits, atomen, neuronen, genen), en raken steeds meer verweven met elkaar (ook wel Convergentie Technologie genoemd), en zijn zelfs merkbaar in ons dagelijks leven.

Convergentie technologie zou Suriname een aardig handje kunnen helpen met vraagstukken rond klimaatverandering, economische diversificatie, energiezekerheid, supply chains, concurrentievermogen, urbanisatie, kostenreductie in bestaande 'commodity' industrieën, etc. Daartoe is het van uitermate belang dat er zwaar geïnvesteerd wordt, in het bijzonder in het onderwijs, in wetenschap, technologie, ingenieursopleidingen, en natuur- en wiskundige wetenschappen, populair afgekort met STEM (Science, Technology, Engineering and Math, vaak ook nog uitgebreid met Lezen, oftwel Reading, en Kunst, oftewel Art, – STREAM).

In Suriname verrichten stichtingen als IT Core en Young Help Suriname fantastisch werk door reeds jarenlang jongeren te interesseren in STEM en BANG technologieën middels Hackatons, Hackomations, Robokidz, en activiteiten zoals hierboven genoemd. Het is soms onvoorstelbaar om te zien waar deze jongeren toe in staat zijn: het realiseren van een zichzelf besturende stofzuiger, een beamer met ingebouwde computer, volautomatische hydroponic systemen, camera’s die objecten kunnen identificeren, etc.; the sky is the limit! Ook bij de voorbereidingen naar de tweede Robot Olympics toe is te zien hoe de contestanten door de robot te bouwen hun inzichten, kennis en vaardigheden vergroten ten aanzien van robotica, natuurkunde, programmeren, strategie, samenwerken, etc.

Als je met deze jongeren praat dan vertellen ze vaak dat ze graag hun verdere studie- of loopbaancarrière in deze STEM/BANG –richting zouden willen zien. Bij het ontbreken van deze mogelijkheden trekken enkelen naar het buitenland, om vervolgens niet altijd terug te komen; sociaaleconomische aanvaardbare werkgelegenheidsopties zijn onvoldoende aanwezig in Suriname.

Vanuit een ontwikkelingsoptiek is het dus alleen maar logisch om zwaar te investeren in STEM (en in het verlengde in BANG); een land bouw je niet alleen op met economen, administrateurs en juristen, maar met in het bijzonder technologen en technici. Je hebt veel en kwalitatief goede stedenbouwkundigen, civiele technici, hernieuwbare energie kenners, ICT deskundigen, programmeurs, biotechnologen, etc. nodig. Echter zien we dat in Suriname juist STEM een stiefmoederlijke behandeling krijgt:
- er is geen specifieke STEM (en dus BANG) strategie en beleid (welke vele landen juist wel hebben)
- stichtingen als IT Core en Young Help Suriname moeten ploeteren om aan fondsen te komen (die dan vaak uit het buitenland komen)
- scholieren krijgen veel te weinig gelegenheid om allerlei activiteiten uit te voeren in het Fablab (dat ergens bij KKF verborgen wordt gehouden)
- er worden barrières opgeworpen bij TMIL om jongeren vrijelijk hun eigen apps te laten maken en te exploiteren
- invoerrechten op ICT producten worden juist verhoogd
- STEM / BANG gerelateerde bedrijven krijgen geen incentives voor het leveren van zowel high-quality producten als werkgelegenheid
- etc., etc.

Weliswaar zijn er wel positieve punten waar te nemen (naast de eerder genoemde initiatieven), zoals the crowdfunding van de accreditatie van de studierichting werktuigbouwkunde, het BEIP II project dat o.a. STREAM wil incorporeren in het primair onderwijs, etc. Echter zijn dit initiatieven die los van elkaar staan, niet binnen een strategisch of beleidskader zijn geplaatst en verre van voldoende zijn. Het lijkt er dan ook sterk op dat op (kort tot middellang) termijn landen als Guyana en Trinidad & Tobago op het gebied van STEM en BANG Suriname hun achterlichten zullen laten zien.

De (overbodige) retorische vraag luidt dan ook: in een globaliserende wereld, waarin de veranderingen elkaar razendsnel opvolgen, onzekerheden en concurrentie toenemen, het aantal kansen en bedreigingen groeit, hoe kunnen we bestaande sectoren moderniseren, de economie diversificeren, gelijke kansen creëren, als we geen rigide en proactieve strategie en beleid hebben waarmee we in STEM en BANG gerelateerde activiteiten investeren?

Of laat me andersom redeneren: wilt Suriname überhaupt wel moderniseren en kunnen inspelen op kansen en bedreigingen, getuige de stiefmoederlijke behandeling van STEM en BANG, juist in dit tijdperk?

Any tool is useful, if you know how to use it - Rao

Danny Lachman
(Transitionista)
Advertenties

Tuesday 19 March
Monday 18 March
Sunday 17 March
Saturday 16 March