Minister Pengel is bezorgd

Het doet mij deugd dat minister Pengel bezorgd is over de gigantische plastic troep die we overal, maar dan ook werkelijk overal in dit land, aantreffen. En dan bedoel ik niet alleen het plastic, maar ook de foambakken, blikjes en andere milieuvervuilende rotzooi (lelijk woord, ik weet het, maar heb er geen andere kwalificatie voor).

Elk jaar, als de regentijd aanbreekt, lezen we dezelfde verontwaardiging over dit fenomeen, maar een krachtdadige oplossing van overheidswege is tot nu toe jaar in jaar uit achterwege gebleven.
Wellicht heeft meneer Pengel, in vergelijking met al die voorgangers op OW, een gewijzigd beleidsinzicht en wordt er nu iets aan deze problematiek gedaan.

Als ik in mijn omgeving zie wat er zonder pardon alleen al aan feestartikelen in het milieu (lees: straat/kreek/trenzen) gegooid word, rijzen de haren mij ten berge.
Kennelijk zijn de gemiddelde Surinamer en de middenstand zich nog steeds niet voldoende bewust van de schade die de hierboven aangehaalde spullen aan het milieu opleveren en dus de leefwereld van onze (klein)kinderen aantast. De tot in treurigheid vereerde voorouders zouden zich bij wijze van spreken de haren uit hun hoofd trekken indien ze wisten wat hun nazaten er voor een bende van hebben gemaakt en nog steeds maken.

Het enige wat werkt, en daar hoef je geen wetenschappelijk bewijs voor aan te leveren, is de consument in z’n portemonnee treffen en het lijkt me o.a. voor deze maatregel de hoogste tijd!
Dus meneer Pengel, u maakt deel uit van een regering die er in no time wetten doorheen weet te jagen en ik verzoek u met klem: Doe er iets aan!
Het volgende artikel dateert al van 2011, maar is actueler dan ooit.

'Waarheid over drijvende plasticberg is erger'

Het verhaal gaat dat er ergens in de Stille Oceaan, tussen San Fransisco en Hawaï een berg plastic drijft die is ontstaan uit de door mensen geproduceerde afvalberg.
De ophoping werd bijna tien jaar geleden ontdekt en zou de afmetingen hebben van een continent zo groot als Frankrijk, Spanje en Portugal samen.

Volgens wetenschapper Hans van Weenen is dit 'een broodje-aap verhaal' en is de werkelijkheid nog veel erger. Hij schrijft in het maartnummer van het tijdschrift Milieu, het vakblad van de vereniging Milieuprofessionals, dat het plastic als een dunne laag verspreid is door alle wereldzeeën en dat het afval moeilijk op te ruimen is.
Van Weenen heeft zich als bijzonder hoogleraar duurzame productontwikkeling aan de Universiteit van Amsterdam vele jaren verdiept in de plasticproblematiek en zegt dat de oorzaak van de problemen de enorme productie en consumptie van plastic is. Wereldwijd wordt er per jaar 250 miljoen ton geproduceerd.

Van het plastic blijven uiteindelijk slechts deeltjes en fragmenten over en die worden door de stromingen in de zee wereldwijd verspreid. Het plastic is al in veel vissen en dieren teruggevonden en kan leiden tot verstikking en verstopping. Op sommige plaatsen in zee is al meer plastic aangetroffen dan plankton.
98% Van de zeevogels heeft plastic gegeten!
Bron: Trouw (24/3/11)

Ietje Bos