Column: Politieke Borrelpraat 380
05 Nov 2017, 22:38
foto


“Nou, nou, dat was me een uitglijpartij van jewelste van minister OWee-je-gebeente tegen dat Klets-en herhaal-maar-raak-plus-Nak-Van-Daleprogramma, getiteld Zeven-Bleven-Kleven of f’a ning.”
“Luister, sinds het verschijnen van de eerste krant in Suriname in 1774 leeft onze overheid in een soort liefde-haatverhouding met de vrije pers en later andere media.”
“Eenmaal koloniaal en kleinzielig van karakter, blijft koloniaal en kleinzielig, al masker je dat met stoere anti-koloniale praat en het gaan herschrijven van de geschiedenis.”
“Wat je uitscheldt, dus wat je zegt, ben je zelf, zeggen lagere schoolkinderen tegen elkaar.”
“En al beschrijf je een kokosnootboom nog zo anders, van boven of van onder, al noem je het een coconuttree of een klapperboom, het is en blijft datzelfde ding.”
“Sharda Trang-gha heeft groot gelijk in haar column; ze geeft beide kanten met nog erbij een dosis zelfspot, er flink van langs, maar blijft een fervent voorstander van de vrijheid van meningsuiting, vooral in satirische uitingen.”
“Schitterend lesmateriaal om vwo-leerlingen en studenten van taalopleidingen te leren proeven en ervaren wat satire is en waarom machthebbers door de eeuwen heen, hier en wereldwijd zich vaker hebben gestoord aan de spot in satire.”
“Niet lang terug zijn een stel bekrompen zielen de redactie van het Franse satirisch blad Charlie Hebdo binnengerend en dachten met het neerknallen van de redactie een eind aan het blad te maken.”
“Eindstand: het bijna failliete blad werd op slag wereldberoemd; zowat iedereen in Frankrijk, en velen wereldwijd, reden met het plakkertje: Je suis Charlie oftewel ‘ik ben solidair met Charlie’ rond.”
“En het blad verscheen na een tijdje weer, met nog scherpere satires en was meteen uitverkocht.”
“Net als het satirisch Amerikaanse blad MAD. Wat die met bekrompen politici, geestelijken en hun president doen, is soms niet mooi meer. Maar durf fu censureer den man.”
“Alleen maar pseudo intellectuelen en geestelijke zielenpoten denken dat ze met censuur en dreigementen de vrijheid van meningsuiting kunnen knechten. Je versterkt het juist.”
“Dat krijg je als je te stom bent om die kritiek en spot aan je adres te weerleggen. Dan grijp je naar machtsmiddelen.”
“Mijn oudoom zei altijd: hoe meer macht je hebt, hoe minder je die moet gebruiken.”
“Zie de tijd van Stalin in de Sovjet Unie met zijn strenge censuur. Die eiste bijvoorbeeld in de jaren vijftig van de vorige eeuw dat iedereen z’n typemachine moest inleveren.”
“Als zo een dictator-moordenaar dat vordert, zou ik de mijne meteen bewaren”
“Dat deden miljoenen Russen dan ook. Maar denken jullie dat de kritische en satirische schrijvers stopten met schrijven en hun geschriften verspreiden?”
“Ik denk van niet, maar hoe publiceer je in zo een situatie?”
“Weet je dat de censuur toen bijvoorbeeld het woord ‘God’ uit alle publicaties schrapte, zelfs als het sloeg op Griekse en andere mythologische goden? Marx had namelijk gesteld dat godsdienst opium voor het volk was.”
“En toch hielp die censuur niet. Ambtenaren namen carbonpapier en velletjes typepapier mee naar huis of gooiden die nauwelijks gebruikt opzettelijk in de prullenbak. De schoonmaaksters haalden die er dan er uit en speelden die door aan de schrijvers en bezitters van de typemachines.”
“En hoe werden dan de illegale geschriften verspreid?”
“Zeer ingenieus. De schrijver zet overal watten en geluiddempertjes in z’n typemachine, gaat in een achterkamertje in z’n flat typen, met vier carbonvelletjes zodat hij vijf kopieën van zijn artikel had, terwijl vrienden in de woonkamer opzettelijk luidruchtig bezig waren.”
“Waarom die komedie?”
“Omdat er in elke flat verklikkers van 'De Partij' waren en zo een tikkende typemachine hoor je echt wel als het stil is. Als ze je pakten, ging je naar het ijskoude Siberië in een van de strafkampen, de Goelag genoemd.”
“En als die schrijver zijn verhaal, column of satirisch artikel af had, wat dan?”
“Dan gaf hij in de drukte van de ochtendspits elk van zijn vier kopieën aan een betrouwbare vriend die ook een typemachine had en die dan in zijn achterkamertje ook met carbonpapier vijf exemplaren overtypte, eentje voor zichzelf en vier anderen weer voor vier betrouwbare vrienden, die het weer overtypten en zo voort.”
“Nogal primitief, omslachtig en gevaarlijk, maar werkte dit?”
“Als een trein. In dit illegaal circuit, het heette de Samizdat, circuleerden duizenden geschriften en zelfs complete romans en verboden boeken van meer dan 700 bladzijden, zoals die van Alexander Solzjenitzyn, getiteld de Goelag Archipel, die daarmee in het Westen niet voor niets de Nobelprijs voor literatuur haalde.”
“Oké, leuke geschiedenisles, dus overheidsdruk en controle op de media en het toepassen van censuur zoals wij in de militaire periode hier ook gekend hebben, gaat juist averechts werken.”
“Ook in de periode daarvoor; tijdens de regering Pengel werd toch de AVROS uit de lucht gehaald en in 1970 volgde het radioprogramma van Rudie Kross, Dingen van Deze Dag.”
“Ach, er zijn nog zovelen: in 1973 werden toch 16 voor het merendeel journalisten door de toenmalige regering gearresteerd?”
“Bedoelt u niet in december 1980, meester?”
“Nee, jongere zuiplap in ons midden, ik zeg duidelijker: februari 1973. Ga kijken welke regering toen aan de macht was.”
“Goed, goed, maar we dwalen af. Die gewraakte OWee-je-gebeentebrief aan het satirische radioprogramma Zeven-ga-Beven was dus zwaar overtrokken.”
“Zeer zeker. En ik weiger op m’n oude dag weer in een schrikbewindssituatie zonder vrijheid van meningsuiting te gaan leven.”
“Maar ik vraag me af: heeft hij op eigen houtje gehandeld of in opdracht van ‘wie weet wie?”
“Maakt niet uit; hij heeft getekend, hij draagt de naam.”
“En na drie jaren schrijf je dat radioprogramma aan? En nog erbij zonder aan te halen welke beledigingen tegen wie je bedoelt?”
“En ook zonder dat een van die satirisch gehekelde groepen in de afgelopen drie jaren een klacht tegen dat radioprogramma heeft ingediend.”
“Welke ex-DeeCee van Para had tegen mensen uit een dorp gezegd dat ze als varkens leefden? Was dat geen belediging van een etnische groep?”
“En je dreigt niet meteen al met intrekking van de hele radiovergunning als je een vergunninghouder de eerste keer op een eventuele overtreding van een van zijn programma’s aanschrijft. Je geeft na aanhaling van de gewraakte beledigingen betrokkene een officiële waarschuwing.”
“En als zo iemand na een week weer beledigend bezig is, wat dan?”
“Dan schrijf je hem weer aan, met verwijzing naar de vorige brief en met aanhaling van de jongste belediging. En je schrijft hem dat bij de volgende keer overgegaan zal worden tot schorsing van het programma. En als hij daarna weer in de fout gaat, roep je de media-eigenaar en zegt hem dat het programma uit de lucht gehaald zal worden.”
“Maar dat neemt tijd in beslag en intussen gaat die kerel door met mensen en instanties te bespotten en te beledigen.”
“Dan doe wat aan je beleid dat hij je niet meer zoveel kan bespotten en beledigen.”
“Ongeduld is vooral de primitieven van geest op het lijf geschreven, zei m’n oudoom altijd.”
“Maar moet de minister ook niet optreden tegen een radioprogramma, nog wel op de staatszender, waarin de verzorger vaak genoeg ronduit beledigend is tegen oppositionele krachten?”
“Nee, die mag alles zeggen als het maar pro-regering is.”
“Maar toen hij anti regering was en met z’n overigens goede satire: ‘Dear Henry, dear Henry, you got a hole in your bucket…” op de Lucht-radio kwam, is de toenmalige regering ook niet opgetreden tegen hem, maar wel tegen het tv-programma Suriname Gisteren op 10 mei 2007.”
“Dat was een van de vele missers van de toenmalige president. Mede door dat deels onmachtig beleid werden hij, z’n ‘over-my-dead-body-VeePee’ en hun respectieve partijen door het kiezersvolk naar de oppositiebanken gestuurd.”
“Maar dat was deels te danken aan die overloper, die Paul de Landrover.”
“Daarom komt al dat grondgeroofde nu op de veiling; gestolen goed gedijt niet.’
“Nou, onlangs zei hij in DNA dat jouw Baas er nog niet 100% uitziet en liever thuis moest blijven terwijl hij, Paul Pienter, ouder is en er veel beter uitziet, en bij hem werkt ‘alles’ nog, heen en weer, ook op en neer…,”
“Ja, alles werkt bij hem nog, ja, ja, ook z’n gefrommelde hersenen.”
“Maar ik vond z’n satire wel goed; tenminste kon je een keertje een beetje lachen tijdens een vergadering van Club Tropicanabanana-wanneer-gaan-we-weer-met 1x24 uur vertraging naar Ollant vliegen?”
“Maar ik vind de huidige DeeCee van Para wel goed dat hij alle mulo-eindexamenklassers in zijn district afloopt om hen te motiveren zich in te zetten om te slagen.”
“Ja, hopelijk gaat deze, mocht hij eens minister worden, deze zelfde leerlingen niet het recht van vrije meningsuiting ontnemen.”
“Als mensen te lang met succes een bepaalde machtsfunctie uitoefenen, krijgen ze last van politieke arrogantie, zoals die Rutte-goeie-grutte daar in de Tweede Kamer begint te tonen.”
“Hoewel, ik vond zijn opmerking wel steengoed dat hij na een formatiegesprek met de voorzitter van die Milieupartij zag dat die in z’n luxe BMW wegreed, terwijl hij, Rutte, te voet wegging of op z’n fiets stapte.”
“Zie jij dat hier gebeuren?”
“Yu law no? Schande mi boi. Een minister of DNA-lid op de fiets? Die neemt eerder het vliegtuig, ja toch?”
“Ik neem nu een one for the road. Proost.”

Rappa
Advertenties

Wednesday 24 April
Tuesday 23 April
Monday 22 April