Straffeloosheid belemmert verzoening
18 Jan 2017, 02:45
foto


President Bouterse is van oordeel dat de 'kwestie' van de ernstige schendingen van de mensenrechten in de jaren tachtig 'vaak ook warm gehouden wordt door individuen, organisaties die eigenlijk niet naar een oplossing zoeken.' Zo meldt Starnieuws van 16 januari. Evenals in het geval van de huidige algemene crisis, verhult hij zijn eigen verantwoordelijkheid.

Zijn uitspraak is een cliché van de a-no-mi cultuur. Terwijl hij hoofdverdachte is in het 8 December Strafproces en daarin geen morele belemmering zag het presidentschap te ambiëren. Sterker nog, hij beschadigde ernstig de statuur van het presidentschap, door met de zelfamnestiewet en het misbruik van artikel 148 van de grondwet, de onafhankelijke rechtsgang te ondermijnen. Door het internationaal erkende recht-op-recht van slachtoffers, nabestaanden en (onschuldige) verdachten te schenden, ondergraaft de president het noodzakelijke proces van nationale verzoening, het herstel van vertrouwen. Hij blijft immers een fundamenteel mensenrecht, dat is verankerd in de grondwet, schenden en daarmee moreel leed toebrengen aan slachtoffers, nabestaanden en (onschuldige) verdachten.

Internationale misdrijven
De folteringen en massamoorden in de jaren tachtig waren zo ernstig, dat zij kwalificeren als schendingen van het internationaal strafrecht, als internationale misdrijven. De 'vader van de mensenrechten in Zuid-Afrika', professor internationaal recht, mr.dr.John Dugard, heeft in een uitgebreide studie geconcludeerd dat de folteringen en moorden van 8 december 1982, kwalificeren als misdrijven tegen de menselijkheid. Ook de massaslachting van 29 november 1986 te Moiwana, is door internationale rechtsgeleerden onder die noemer geplaatst. Voor zulke ernstige misdaden is naar het internationaal strafrecht, verjaring en straffeloosheid, geen optie. De wapenspreuk van het Internationaal Strafhof, dat zulke misdrijven vervolgt, luidt dan ook: 'Vrede door gerechtigheid.'

'Lulkoek'
De 'oplossing' van de mensenrechtenkwestie, lijkt voor de president samen te vallen met verduurzaming van de cultuur van straffeloosheid en de vermijding van rekenschap. Hij is zijn eigen belofte, gedaan in de zelfamnestiewet van 2012, om onmiddellijk een 'waarheids- en verzoeningscommissie' in het leven te roepen, niet nagekomen. Het was als met de beloofde 'kruistocht tegen corruptie'. In plaats van een waarheids- en verzoeningscommissie, financieerde de president-hoofdverdachte een mediashow van quasi-waarheidsvinding, waarin hij, exclusief, urenlang, de militaire dictatuur mochten verdedigen en de democratische oppositie mochten discrediteren.

Geen minuut zendtijd was er voor de verhalen van de slachtoffers van de dictatuur en hun nabestaanden. Propaganda is iets heel anders dan waarheidsvinding. Zo beweerde Bouterse bij het kampvuur van Brokobaka, dat niet hij maar zijn, inmiddels overleden, kameraad Paul Baghwandas het 'op de vlucht neergeschoten' van de 8 december slachtoffers, had verzonnen. Bouterse zou direct hebben geweten dat het 'lulkoek' was. Wat in de Brokobaka propaganda show werd verzwegen, is dat Bouterse in zijn tv-toespraak van 9 december 1982, nabestaanden en bevolking deze 'lulkoek', als waarheid had voorgehouden. Wie leeft in de leugen is als de dood voor rekenschap.

De dramatische verarming van de bevolking en het ontbrekende vooruitzicht op het te boven komen van de crisis, hebben de urgentie van herstel van vertrouwen en kiezen voor integer leiderschap, tot absolute, nationale prioriteit gemaakt. De cultuur van straffeloosheid en het gebrek aan rekenschap, belemmeren het proces van nationale verzoening.

Theo Para
Advertenties

Friday 19 April
Thursday 18 April
Wednesday 17 April