Reactie op: 'CHS heeft slechts één optie'
02 May 2016, 02:28
foto


Met bijzonder veel belangstelling heb ik kennis genomen van de inhoud van het genoemde artikel. In algemene zin ben ik het roerend eens met de schrijver. Echter zou ik de visie van de jurist, mijn lieve broer, willen vernemen over een andere bestuurlijke benadering met betrekking tot de toelating van de twee aspirant kandidaten door De Nationale Assemblee.

Allereerst wil ik opmerken, dat wanneer de kwestie bij De Nationale Assemblee terechtkomt, er geen sprake zal zijn van het uitvoeren van het gewraakte vonnis. Het vonnis is bestemd voor Het Centraal Hoofdstembureau en die is als zodanig veroordeeld.

Bij de uitvoering van deze veroordeling (het vonnis) zal het CHS geconfronteerd worden met de artikelen, 135, 136 en 137 van de kiesregeling. Er van uitgaande dat het CHS met inachtneming van de kiesregeling in staat is om invulling te geven aan de opengevallen plaatsen door terugroeping, dan is het vonnis tegen het Centraal Hoofdstembureau uitgevoerd.

Vervolgens treden de artikelen 66 en 68 van de Grondwet inwerking, waarbij De Nationale Assemblee in actie dient te komen. Daarbij kan er geen verstoring ontstaan tussen de rechterlijke macht en de wetgevende macht. Omdat deze formele procedure niks van doen heeft met het vonnis van de kort geding rechter. De Nationale Assemblee voert geen vonnis uit van de kortgedingrechter.

Artikel 66 van de Grondwet vereist een organieke wet sinds de Grondwet van 1975. Desondanks is het tot vandaag niet tot stand gekomen. Alles wat verder bij de uitvoering van deze bepaling plaatsvindt, kan onder willekeur worden benoemd. Het wordt een afweging die De Nationale Assemblee zelf moet maken, na bestudering van de geloofsbrieven. Er is geen sprake van dat de nieuwe kandidaten toegelaten moeten worden.

Over deze kwestie heb ik sedert 1987 als secretaris van het Onafhankelijk Kiesbureau gewezen op 'de noodzaak van de organieke wet van artikel 66 van de Grondwet', omdat de toenmalige voorzitter van de commissie ook naar willekeur had gehandeld.
In ons land houden wij ervan om bij gelegenheid een heleboel ophef te maken, om daarna weer in een winterslaap te vallen in het bijzonder wanneer het onze constitutie betreft.

Eugene van der San
Advertenties

Tuesday 23 April
Monday 22 April