Column: Politieke Borrelpraat (PRB) 287
17 Jan 2016, 21:36
foto
De persconferentie van minister Gillmore Hoefdraad. Links Remy Bhailal en rechts Wilgo Bilkerdijk, voorzitter ASFA. (Foto: René Gompers)


“Nou, nou, wat een schrikkelweek was dat: doden bij verkeersongelukken, bij vliegtuigcrash en bij brand, verschrikkelijk gewoon.”
“En dan nog erbij die geruchtmakende persconferentie van de ex-CBvS governor, de huidige MinFin, met zo een nasleep! Echt een schrikkelpersconferentie.”
“Ai, dat gilt naar meer; gil more hoe dat achter de schermen toegaat, dan krijgen we beter door hoe die financiële rotzooi waarin we nu zitten, voor een belangrijk deel veroorzaakt en verergerd is.”
“Is door die daling van die goud- en olieprijzen op de wereldmarkt.”
“Ja, natuurlijk. Niet door het gesmijt met geld, vooral in de vijf maanden voorafgaand aan de verkiezingen, nee, zeker niet.”
“Willmore zegt dat vanaf Andy-pandy tante Addelien opvolgde, de rapportage vanuit Financiën voor hem een black box werd.”
“Oow, dat horen we dus nu pas.”
“Nu pas werd het hem te gortig steeds gecriminaliseerd te worden en de schuld van een hoop rommel van Financiën te krijgen, terwijl die ‘eer’ zijn voorganger en de vaste commissie van Financiën in DNA toekomt; zij zijn volgens hem de schuldigen.”
“Ooooh, daarom moest ‘Addelien-ik-heb-je-niet-meer-gezien’ het veld ruimen, terwijl Gill more toen gilde dat er donkere financiële wolken internationaal kwamen aandrijven.”
“En nadat de verkiezingen gewonnen waren en de buit binnen was, moest Gillmore die rotzooi op Financiёn maar gaan opruimen.”
“Is hij wilde! Wat een toestand!”
“Nog erger: hij dacht dankzij de valselijke rapportage van z’n voorganger dat het tekort op Financiën 300 miljoen was. Toen hij als nieuwe minister van Financiën een uitdraai vroeg, bleek daaruit dat het tekort ettelijke miljarden SRD was.”
“Ik was meteen als minister opgestapt. Nu krijgt hij van alles de schuld.”
“Ik vraag me ernstig af of dit niet weer eens een van die beruchte scenario’s is, je weet toch Sjaak, die we in de tachtiger jaren zo vaak meemaakten?”
“Wie weet! Dan dient deze ruzie in het kippenhok als rookgordijn om een heftige reshuffeling in te leiden.”
“Tok-tok-tok, vader Haan zei: ’Ik zwijg en dans de polka oftewel de kaboellah, de paringsdans.”
“Zo is de Surinaamse politiek, mi boi. Als je als deskundige mee heult met de club prenasi-, boiti- en boesie-boys, dan ben je goed, dan ben je alles, dan ben je in tel.”
“Ja, maar op het moment je als deskundige de dingen zegt zoals ze zijn, en je niet meer de pispaal wil zijn van andermans gerotzooi, als je niet meer gecriminaliseerd wil worden, omdat de ware criminelen beschermd worden, dan ben je opeens niet meer goed, dan worden allerlei keffende hondjes op je losgelaten.”
“Bedoel je die Misi Klaarmi, alias Doebai, en die Wafdoellah van de vaste commissie in DNA?”
“Ik zeg niets, dalijk ga je horen…”
“Maar zag je die foto van de persconferentie? Aan de ene kant de voorzitter van de dollarbezitters, Remie Bai-dallah, en aan de andere kant onze Billy, de voorzitter van de dollarnodighebbers en in het midden de dollarlozen, die midden in de dollarchaos zitten.”
“Maar onze Eerst Beste-ling stelt dat er nu drie monetaire autoriteiten zijn, met onze Remie erbij. Schrikbarend. En iedereen vraagt zich af: Fu pe ding Remie-dalla kemopo?”
“En de oppositie zegt: een verkapte devaluatie; nu is de dallakoers officieus vijf punt een. Gelijk hebben ze."
“Tja, we zitten diep in de morele en financiële beerput; de vraag is of we er ooit uit zullen komen.”
“Iedereen draagt allerlei oplossingen aan, van denktanks tot stop aan auto-importen, maar wat heeft dit allemaal voor zin als degene met de beslissingsbevoegdheid steeds naar de meest verkeerden luistert?”
“Wij zijn sinds de jaren zestig van de vorige eeuw het land van goed ontwikkelde mensen met veel potenties, dat door een gebrek aan onderlinge eenheid en solidariteit steeds geregeerd wordt door glad pratende podiumschreeuwers omringd door gewiekste boeven.”
“Ik zeg daarom: laat die crisis dan maar met volle kracht over ons komen, laten we net zoals de Venezolanen voor rijst, maandverband, babyvoeding, en noem maar op, in de rij gaan staan. Misschien zal dan dit stemveevolk wijs worden en nou eens betere politieke keuzes gaan maken. Geen mooie schreeuwerds, maar deskundigen, zoals tijdens dat Zakenkabinet van meneer May, waar geen enkele groep dommies rond een dommie, boven hun hoofden of achter hun rug hun beslissingen tegenhield, verminkte of wegmoffelde. Zij beslisten en voerden uit.”
“Laten we dat hopen, maar intussen zitten wij in die financiële rommel; de drie nullen komen er weer bij, zeker weten. The country is dead.”
“Laat maar komen, is dat wilden we toch? Misschien worden het deze keer wel vijf nullen erbij, daar gingen we toch voor? Nog voor vijf?”
“Ik niet, echt niet.”
“Ja, nu zegt iedereen dat ze niet ‘voor nog vijf’ hebben gestemd, un ala e dok. Dan weet ik niet waar ze die stemmen vandaan hebben gehaald. Geef toch toe dat je als volk weer eens een verkeerde politieke keuze hebt gemaakt.”
“Wilde jij liever dat V-7 samenraapsel hebben? Die hebben toch als Nieuw Front na tien jaren ‘stabiel’ beleid dit aan de macht helpen brengen?”
“En waar vullen we onze tijd mee, in plaats van zo veel als mogelijk de gevolgen van de economische crisis op te vangen en gezamenlijk naar oplossingen te zoeken?”
“We maken ons druk om de herboren prins van de Dessa, Zijne Oerang Tang Paul Djowo Wong Ireng, die de hele reutemeteut, van Centraal Hoofdstembureau tot en met de president des lands voor de rechter daagt met een dwangsom van 5 miljoen per dag bij niet uitvoering van het vonnis, als die twee leden van zijn partij niet van hun DNA-zetel vervallen worden verklaard.”
“En de dwangsom zal hij uitkeren aan de behoeftigen die hun uitkering niet hebben kunnen ontvangen.”
“Zoals hij zeker heeft gedaan met die merendeel analfabete oudjes die hij bij de onafhankelijkheid duizend harde guldens per persoon aftroggelde om ze op de boot naar Holland te zetten, alwaar ze in het ijskoude kasteel Makmur werden gedumpt en waarvan hij de uitkeringsgelden grotendeels opstreek?”
“Volgens mij heeft die kaakslag die hij toen live op de Nederlandse tv kreeg z’n al gefrommelde hersens helemaal door elkaar gegooid.”
“Wil je zien ik trap je? Kom nò, je lijkt! Heren, heren… briep, brap, badam…”
“En natuurlijk sluiten de pras’oso- en de boitieboys zich bij de dessaboy aan, want twee van hun DNA-kandidaten schuiven naar binnen als die twee van Wong Paul Pienter werkelijk teruggeroepen worden verklaard.”
“Maar zie je dan niet, dat het een V-7 aangelegenheid is? Want twee V-zevens schuiven dan binnen.”
“Natuurlijk, de twee terug te roepen boys stonden op een V-7 lijst,”
“Maar dan moet V-7 die twee terugroepen en niet die wraakzuchtige Plee-leider.”
“Nou, maar dat juridisch heen en weer geredeneer is niet meer te volgen.”
“Omdat sommige juristen niet eerlijk redeneren, ze houden een betoog in eigen belang, een oratio pro domo.”
“Maar dat brengt de hele samenleving in de war, juist op het moment dat we rustig de zaken op een rijtje moeten zetten om door de economische crisis te geraken, zoals onze Gilberto van Dijke, hij kijke de rijke aap uit de boom, van het Businessforum terecht opmerkt.”
“Of willen duistere machten achter de schermen juist troebel water blijven creëren om er dan lustig in te kunnen vissen?”
“Kries, maar intussen willen die Olifantbroeders van je, die kopschuw zijn voor het Bruma-beladen begrip ‘nationalisme’, liever als nieuwe lijfspreuk: ‘Alle Surinamers zijn gelijkwaardig en alle Surinamers lijken op elkaar.”
“Hebben jullie Animal Farm, de schitterende parodie op revoluties, van George Orwell gelezen? Daarop geïnspireerd zeg ik over gelijkheid: Alle Surinamers zijn gelijkwaardig en lijken op elkaar, maar sommige Surinamers zijn een beetje meer gelijkwaardig en lijken een beetje meer op elkaar.”
“Net als onze vijf vingers, alle vijf zijn gelijkwaardig en lijken op elkaar en vormen één hand, maar met je pink kan je nou eenmaal niet een punaise in hard hout drukken en met je duim kan je nou eenmaal geen hinderlijk vuiltje uit je neus of oor peuteren. Stel je voor dat we vijf duimen of vijf pinken aan onze hand hadden, unu b’o handicap seriousu.”
“Het gaat er bij mij niet om, welke vingers op welke lijken of niet, maar wat ik met die vingers kan doen, al zijn ze mooi of lelijk, gelijk of ongelijk.”
“Zoals je glas vasthouden, ja mooi met je. Proost.”
“Proost”.

Rappa
Advertenties

Thursday 28 March
Wednesday 27 March
Tuesday 26 March