Column: Een weekje Zuid-Afrika
05 Oct 2015, 12:42
foto
Sitla Bonoo, Mpho A Tutu (dochter Desmond Tutu) en Sandew Hira.


Afgelopen week waren mijn partner, Sitla Bonoo, en ik in Zuid-Afrika. Sitla had de reis grondig voorbereid. Ze had de zeven dikke rapporten van de waarheidscommissie onder leiding van Desmond Tutu bestudeerd en in kaart gebracht wie na de opheffing van de commissie zich verder met het werk van waarheidsvinding en verzoeking heeft bezig gehouden.
We kwamen zondagnacht aan in Johannesburg en vertrokken naar Pretoria, ongeveer 40 minuten van het vliegveld vandaan (als er geen file is, anders is het al snel anderhalve uur).
A.s. woensdag zal ik tijdens een persconferentie in Suriname ingaan op de lessen van Zuid Afrika voor Suriname. In deze column geef ik een beeld van onze indrukken tijdens de reis.

Voor ons is Zuid-Afrika het land waar we solidariteitsacties hadden gevoerd in de strijd tegen apartheid. Daarom had het voor ons ook een emotionele betekenis om het land van Nelson Mandela te bezoeken. Hoe zou het zijn, 21 jaar na de eerste democratische verkiezingen?
De meeste gesprekken voerden we in Johannesburg en voornamelijk met de tegenstanders van de waarheidscommissie zoals Nkosinathi Biko, een zoon van Steve Biko, een vertegenwoordiger van AZAPO, een zwart bewustzijn beweging die zich baseert op de filosofie van Biko en de Khulumani Support Group, een organisatie die slachtoffers van apartheid organiseert voor compensatie en de waarheidscommissie kritisch volgde.
We zijn rondgeleid in Soweto, een township (stadsdeel) van Johannesburg met 1,2 miljoen inwoners. Zuid-Afrika telt 53 miljoen inwoners: 80% zwart, 9% wit, 9% kleurling en 2% Aziatisch.

In Soweto bezochten we de plek waar de eerste opstand van Soweto plaatsvond in 1976 en de 13-jarige scholier Hector Pieterson werd doodgeschoten door de apartheidspolitie. Op die plek staat nu het Hector Pieterson museum over de opstand.
Soweto bestaat uit een diversiteit aan sociale lagen: arme sloppenwijken, maar ook een gedeelte waar Winnie Mandela woont in een groot complex en een middenklasse die profiteert van toerisme.
Het veiligheidsvraagstuk ligt op ieders lippen in Zuid-Afrika. Iedereen heeft wel een verhaal over een beroving en geeft tips waar je op moet letten. Dat geldt niet alleen voor Soweto.

We zijn geweest naar het apartheidsmuseum in Johannesburg waar het verhaal van apartheid en de strijd daartegen wordt verteld, veelal vanuit de invalshoek van het ANC. In de avond bezochten we een bijeenkomst waar men discussieerde over identiteit en natievorming.
Twee decennia na de val van apartheid staat de organisaties die in de voorhoede was van deze strijd, bloot aan veel kritiek wegens corruptie. Toen we daar waren, werden zelfs demonstraties georganiseerd in verschillende steden tegen corruptie. ANC kan nog wel rekenen op een meerderheid van de bevolking, maar die kalft langzaam af.

Na een lezing die ik gaf over dekolonisatie van de universiteit op de University of South Africa hadden we een lunch met de decaan van de sociale faculteit. Zij vertelde ons over de moeilijke strijd die ze voert om de witte staf in te kleuren.
UNISA telt 400.000 studenten, van wie een klein deel op de campus is en het grootste deel colleges volgt op afstand, net als de open universiteit. Er zijn ongeveer 1.500 docenten die op een gigantisch complex werken. Toen ze zeven jaar geleden werd aangesteld als eerste zwarte decaan, wilde ze 150 openstaande vacatures laten invullen door zwarte docenten. Ze kreeg te maken met een enorme witte oppositie die beweerde dat mensen moesten worden aangesteld op basis van capaciteiten en standaardcriteria. Ze stelde de critici voor om hen die criteria te laten vaststellen en de eerste selectie te doen voor de shortlist. Na een eerste sollicitatieronde kreeg ze een shortlist met nul zwarte mensen. Ze weigerde die te accepteren en eiste dat geadverteerd werd in de rest van Zuid-Afrika en het Afrikaanse continent om docenten te halen. Uiteindelijk, na vier advertentierondes, werden namen van zwarte sollicitanten aangeleverd. Die scoorden bij de ranking altijd lager dan de witte namen, maar ze besloot iedereen aan te nemen die voldoende scoorde in plaats van de mensen die topscoorders waren.
Apartheid is politiek afgeschaft, maar economisch, sociaal, cultureel en mentaal zit het nog diep in de mensen.

In de tweede helft van de week vlogen we naar Cape Town (Kaapstad). Die heeft een andere sfeer dan Johannesburg. Om de haven heen is er een groot toeristisch centrum gebouwd met moderne winkels en Europese prijzen. Van daaruit kun je een tour boeken naar Robbeneiland. Het is toch heel bijzonder om dit eiland te bezoeken waar duizenden mensen net als Mandela zijn opgesloten geweest en voor een deel ook gestorven.
In Cape Town hebben we gesproken met de Desmond and Leah Tutu Foundatoin die de geestelijke erfenis van bisschop Tutu bewaart en promoot. Ze vertelden ons over het werk van Tutu bij de waarheidscommissie en de emotionele problemen die hij ondervond.

De volgende dag hadden we een afspraak met het Institute for Justice and Reconciliation, waarvan Tutu beschermheer is. Dit instituut is doorgegaan waar de waarheidscommissie is gestopt. Ze brengen de Zuid-Afrikaanse ervaringen over naar andere landen, bouwen een database met gegevens van waarheidscommissies in de wereld en helpen andere Afrikaanse landen in de begeleiding van waarheidsvinding en verzoening. Wij hielden een presentatie over de getuigenis van president Bouterse voor hun staf. Die vonden het een opmerkelijk verschijnsel dat nergens anders ter wereld is vertoond: een president die een getuigenis wil afleggen tegenover een nabestaande zonder de infrastructuur van een officiële waarheidscommissie.

Na dit bezoek werden we opgehaald door professor Christo Lombard, een theoloog die de Desmond Tutu leerstoel bekleed aan de University of West Cape. Hij kwam net van Tutu vandaan. Het gaat niet zo goed met diens gezondheid. Hij heeft ons bijgepraat over de relatie van Tutu met Namibië waar de huidige president nadenkt over de instelling van een waarheidscommissie.

Naast de serieuze zaken waren er ook leuke momenten. Zo wandelden we in de mall en zagen een groot bord: Husband Day Care Centre, zoiets als Child Day Care Centre (kinderopvang), maar dan voor echtgenoten. Het bord legt uit: Need time to yourself? Need time to relax? Want to go shopping? Leave your husband with us! We ‘ll take care of him for you!
Wat is dat nou, vroeg ik me af en stapte naar de medewerker achter het bord en vroeg: “Wat doen jullie dan met de husband?”
Zij: “We geven hem eerst een massage en dan doen we daarna alles wat hij wil.”
Maar voordat ik mijn verbazing over openlijke prostitutie kon uiten zei ze: “Grapje! Lees verder!”
Onderaan stond: “You only pay for his food and drinks”.
Het was een marketing truc van een restaurant in de mall.
Zo leer je nog eens wat.

Sandew Hira

p.s.
Aanstaande woensdag om 12.00 uur geef ik een persconferentie in Residence Inn in Paramaribo waar ik de volgende onderwerpen zal behandelen.
1. De verschillen en overeenkomsten tussen Zuid-Afrika en Suriname en de lessen voor Suriname van de ervaringen met waarheidsvinding.
2. Mijn voorstel met de Organisatie van Amerikaanse Staten te betrekken bij het project over de getuigenis van president Bouterse.
3. De voortgang van het onderzoek dat nu loopt.
4. De positieve resultaten van een gesprek van onze advocate Mr. Marjon Peters met het Nederlandse Ministerie van Buitenlandse Zaken om medewerking te verlenen aan het onderzoek. Marjon is namens IISR een procedure gestart in het kader van de Wet Openbaarheid van Bestuur (WOB).
Advertenties