Archeoloog haalt Calcutta-dekzegel 1974 naar boven
31 Aug 2015, 16:02
foto
Na wat graafwerk is de dekzegel van 1974 gevonden. (Foto's: Benjamin Mitrasingh)


Het district Saramacca moet meer doen om zijn cultureel erfgoed te koesteren. Hij moet meer waardering opbrengen en trots tonen voor zijn culturele waarden en verworvenheden. Immers zijn olie uit Saramacca en goud uit Brokopondo de levensaders van de Surinaamse economie. Om het district op weg te helpen, is archeoloog Ben Mitrasingh, tevens voorzitter van de Stichting Cultuureducatie, voor de derde keer op zoek gegaan naar de dekzegel van 1974.

Mitrasingh zegt aan Starnieuws dat de twee voorgaande keren er weinig publieke belangstelling is getoond voor de zegel, “omdat mensen niet volledig beseften waar het om ging.” De gedenkzegel markeert de allereerste olievondst door ingenieur Hugo Coleridge in 1965. Coleridge was toen directeur van de Geologische Mijnbouwkundige Dienst (GMD). Het is de archeoloog gelukt om de zegel te Calcutta voor de derde keer te vinden. De archeoloog vertelt dat in het Staatsolie Jubileumboek 1980-2005 er een foto van 1965 is geplaatst met daarop een vijver met aardolie op een schoolerf te Calcutta. Hij wijst erop dat Coleridge zijn olievondst heeft gedaan op zondag 13 oktober 1965. “De vijver op de bewuste foto in het jubileumboek is volgens de buurtbewoners speciaal gemaakt voor de verbroederingspolitiek van wijlen Jagernath Lachmon en Adolf Pengel. Dus dat is een apart verhaal.” Mitrasingh hoopt dat de inscripties op de stenen dekzegel van 1974 meer duidelijk verschaffen over de vondst van Coleridge.

Het Museum van GMD heeft intussen gereageerd op de vondst van de archeoloog. Ze hebben de informatie over de vondst van Coleridge, maar informatie over de deksteen ontbreekt vooralsnog. Mitrasingh denkt dat de dekzegel in die periode te goeder trouw is geplaatst door enkele arbeiders “om nieuwsgierigen van de plek te houden.” Hij zegt dat waar de stenen dekzegel ligt, hoogstwaarschijnlijk de put is waar Coleridge daadwerkelijk olie heeft gevonden. “De andere vijver, zo’n 200 meter van de gedenksteen vandaan, is nagemaakt.”

Calcutta is omringd door drie scholen voor het basisonderwijs. Eén langs de hoofdweg, één bij de locatie van de olievondst en één aan de overzijde van de rivier bij Huwelijkszorg. Mitrasingh vindt dat de drie scholen intensief moeten worden betrokken bij dit ‘cultureel erfgoed.’ Hij wil dan ook voor alle kinderen van de drie scholen een educatieve dagtocht organiseren naar deze vindplaats, “de navelstreng van Staatsolie.” De educatieve dagtochten wil hij ondersteunen met een tentoonstelling ter plaatse over een korte geschiedenis van de aardoliewinning in Suriname. De archeoloog zal hierover overleg plegen met het ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur. Hij zal ook ondersteuning vragen van het GMD-museum en van Staatsolie.

“De geschiedenis van de aardoliewinning in Suriname moet worden beschouwd als een stukje noodzakelijke cultuurgeschiedenis van het land,” stelt Mitrasingh. Hij wil het ministerie van RGB een nieuwe landmeterskaart vragen van het onderzoeksgebied. “Sommige eigenaars zijn al overleden en anderen hebben weer teveel onbenutte domeingrond. Voor al deze werkzaamheden moet ter plaatse een beheerder worden benoemd, die er vooral op moet toezien dat buitenstaanders zich daar netjes gedragen.” De komende week zal het onderzoeksgebied worden afgeschermd en zullen borden met duidelijke aanwijzingen worden geplaatst. Tot nog toe heeft de archeoloog al de activiteiten uit zijn eigen zak betaald. Hij heeft met twee helpers en een graafmachine naar de dekzegel gezocht.
Advertenties

Thursday 25 April
Wednesday 24 April
Tuesday 23 April