Financiering politieke partijen, haard van corruptie?
21 Aug 2014, 06:00
foto


In politieke partijen gaat veel geld om. Geld dat gebruikt wordt voor het ontplooien van allerhande activiteiten, die variëren van vorming en scholing van kader tot feestvergaderingen en feesten.
Op zo een grote schaal als bijvoorbeeld in Duitsland, zal het Surinaamse bedrijfsleven waarschijnlijk, de politieke partijen in Suriname niet anoniem hebben gesteund bij de afgelopen landelijke verkiezingen en verkiezingen die daarvoor hebben plaatsgevonden. Maar daar hebben we dan ook de CDU-affaire gehad.

In Suriname bestaat er heel veel onduidelijkheid over de financiering van de partijen. Het ontbreekt vooral aan openheid over de giften: er is weinig tot geen controle op de giften die politieke partijen krijgen. Daar komt nog bij dat er geen wetten zijn die de financiering van politieke partijen in Suriname regelen. Er zijn verschillende manieren waarop politieke partijen in Suriname aan hun geld c.q. financiën komen en partijen worden op verschillende manieren gefinancierd: Ledencontributie, sponsoring, 'partijbelasting' van de volksvertegenwoordigers en giften zijn enkele manieren. De bronnen van inkomsten van een politieke partij kunnen we onderverdelen in interne en externe bronnen. Tot de interne bronnen kunnen worden gerekend, lidmaatschapsgelden, salarisafdrachten en fondsenwerving. Tot de externe bronnen kunnen worden gerekend giften en sponsoring.

Het is publiek geheim dat vele politieke partijen in Suriname het op een akkoordje gooien met ondernemers, industriëlen en zakenlieden: mocht de partij de verkiezingen winnen en de regering formeren dan worden die donateurs van de partij ruimschoots bedacht. Bij aannemers gaat het dan om het ‘gegund’ krijgen van werken bijvoorbeeld via het ministerie van Openbare Werken, zonder de normale procedures van gunning in acht te nemen. (Wat dat betreft hebben de in opspraak geraakte casussen van het ministerie van Openbare Werken onder Abrahams de kroon gespannen).

Bij zakenlieden gaat het om het verkrijgen van belangen in ondernemingen van de staat op preferentiële basis, bijvoorbeeld het verkrijgen van een goudconcessie. En zo kunnen er meerdere voorbeelden bedacht worden. Voorbeelden die in feite de kiemen zijn van corruptie in Suriname. Juist bij giften heb je een belangenverstrengeling tussen politieke partij en gever.
De discussie over openheid van partijgiften in bijvoorbeeld Nederland kwam in 1999 goed op gang. Er ontstond in die periode veel commotie rond de VVD, omdat de VVD-voorzitter verklaarde dat de partij steun zou zoeken in de zakenwereld om de verkiezingscampagne van 2002 te financieren. Daar schrok de samenleving van op. In Suriname is dat waarschijnlijk meer regel dan uitzondering.

Hoe zou de samenleving een betere inzage kunnen verkrijgen in het financieel gebeuren van een politieke partij? Als de gang van zaken in andere landen wordt nagetrokken zijn er een paar mogelijkheden. De eerste mogelijkheid betreft de subsidiëring van politieke partijen door de staat. Vanwege de essentiële functie van politieke partijen in een vertegenwoordigende democratie, is overheidssubsidie geboden. Subsidie (mits op de juiste wijze ingericht) zijdens de overheid maakt partijen minder afhankelijk van bijdragen van belangengroepen zoals aannemers en zakenlieden. Belangengroepen die achteraf druk uitoefenen op de partij om de door hen ‘geïnvesteerde’ gelden terug te krijgen in het veelvoudige. Op zichzelf vormt deze werkwijze een haard van corruptie. De partij komt in een chantabele positie te verkeren of werkt maar al te graag mee vanwege de eigen belangenbehartiging. Vast dient te worden gehouden dat alle leden en kiezers de wens koesteren dat de koers van politieke partijen door hun bepaald en gestuurd moet worden.Dat garandeert de onafhankelijkheid van een partij.

Concluderend zou gesteld kunnen worden dat in de financieringswet in ieder geval de volgende aspecten zouden moeten worden meegenomen:
a. Het openbaar maken van namen van de geldgevers; giften mogen niet anoniem blijven.
b. Controle op mogelijke belangenverstrengeling.
c. Verantwoordingsplicht van politieke partijen met betrekking tot hun inkomsten.
d. Sancties bij niet naleving van de wet.

Met een stringente naleving en toezicht op de naleving van zo een wet zouden dubieuze giften en de daarmee gepaard gaande corrupte praktijken binnen en van politieke partijen die aan de macht komen, een halt kunnen worden toegeroepen. Alhoewel President Bouterse het steeds heeft over zijn kruistocht tegen corruptie, lijken juist ontwerpwetten die de corruptie zouden moeten indammen, de minste prioriteit te genieten van het huidig kabinet. Onder andere het DNA-lid Carl Breeveld (voorzitter van DOE) beveel ik aan een initiatiefwet ter zake financiering van politieke partijen in te dienen.

Mr.drs.Sharmila Kalidien - Mansaram
Advertenties

Friday 19 April
Thursday 18 April
Wednesday 17 April
Tuesday 16 April