Column: De generatie van Mandela
09 Dec 2013, 10:00
foto


Donderdagavond rond 23.30 uur las ik het bericht op internet. Het kwam niet als een verrassing, maar als een schok. De man voor wie ik samen met duizenden activisten in mijn jeugd de straat ben op gegaan om zijn vrijlating te eisen. De man die geschiedenis schreef met daden van verzet. De man over wie ik zoveel gelezen had en die mij inspireerde in de strijd tegen onderdrukking en vernedering. Wat voel je op zo’n moment? Je lichaam wordt onrustig. Je wil iets doen! Gewoon iets waarmee je wil laten zien dat de man veel betekend heeft in je leven en het leven van zoveel mensen.

Om 23.40 uur bel ik Mitchell Esajas op van de jongerenorganisatie New Urban Collective. Ik heb meermalen op bijeenkomsten van NUC mogen spreken. Ze zijn deel van een nieuwe generatie jongeren die mij inspireren met hun daden van verzet. NUC is geen gezelligheidsvereniging, hoewel het altijd heel gezellig is bij NUC. NUC is een strijdorganisatie. Ik zei tegen Mitchell: “We moeten morgenavond een bijeenkomst organiseren ter ere van Mandela”. En Mitchell, die dezelfde onrust voelde in zijn lichaam, antwoordde: “Let’s do it.” Zo begon een uitgebreide mailcommunicatie.
Wat is het plan de campagne? Een zaal, een programma, een oproep, een draaiboek, communicatie, organisatie. We zijn professionele activisten.

Waar vinden we vanavond nog een zaal?
Mitchell: “Ik bel met mensen van het Bijlmerpark Theater. Ik ken Saundra Williams goed. Ze kan haar directeur vragen.”
Welke directeur van een theater wil je om twaalf ’s avonds spreken over een zaal voor mensen die geen geld hebben? Die directeur is een bijzondere zwarte vrouw die Ernestine Comvalius heet. Ze is meer dan een manager van een groot professioneel theater. Ze was vroeger een activist in een strijdorganisatie van Surinamers in de jaren zeventig, de LOSON. Haar hart heeft die strijd nooit verlaten. En om 00.10 uur was de zaal geregeld.

Mitchell: “Op Facebook regent het van reacties op de dood van Mandela. Ik heb gepost dat we bezig zijn om iets te organiseren.”
We moeten een oproep maken. We moeten een Facebook pagina aanmaken voor de bijeenkomst. Ik begon aan de oproep. Mitchell aan de Facebook pagina. En ervaren als hij is mailt hij: “We moeten een citaat van Mandela als leuze voor de banner.” Ik googelen, hij ontwerpen. Ik selecteer er drie. We kiezen samen: “It always seems impossible until it’s done”.
De oproep was simpel: “Wij roepen op om Nelson Mandela te herdenken tijdens een waardige en strijdbare bijeenkomst. Datum: vrijdag 6 december. Aanvang: 19.00 uur. Programma: Dichters, zangers, sprekers, rappers.”
Ik stelde als titel voor: “Remembering Nelson Mandela.”
Mitchell was creatiever: “A tribute to Nelson Mandela.”
Ik stelde voor dat Mitchell het aanspreekpunt voor de media zou zijn en hij nam die verantwoordelijkheid op zich.
Wie gaan de oproep ondertekenen? Ik stelde voor: “Mitchell, ik en Kenneth Donau van SlavernijOnline.” Ik had Kenneth nog niet gecontact.
Het leek alsof we telepathisch contact hadden. Om 00.55 uur kreeg ik een mail van Kenneth: “Ben je op Skype?”

Kenneth Donau heb ik medio vorig jaar leren kennen. Een wiskundige die werkt bij een internationaal IT bedrijf. Niet een man van loze woorden, maar van grote daden. Eind vorig jaar nam hij de taak op zich om de web community SlavernijOnline op te zetten. Zonder één rooie cent. Mandela werd ook niet gesubsidieerd door de regering van Zuid-Afrika in zijn strijd tegen racisme.
Binnen een paar maanden wist hij het fundament te leggen voor een community waar je vandaag de dag praktisch alles kunt vinden over de erfenis van het Nederlandse slavernijverleden. In mei vorig jaar kreeg ik een uitnodiging van mijn goede vriend Ramon Grosfoguel van de University of California Berkeley om te spreken op een conferentie die hij in Barcelona organiseerde. Ik zei tegen Kenneth: “Ga mee, dan leer je een internationaal netwerk kennen van de koloniale denkers in Europa.” We sliepen in één kamer. Hij vertelde vol liefde over zijn vader die hem leerde over de strijd van zwarte mensen, van Marcus Garvey tot en met Nelson Mandela.
Zijn passie is omwikkeld in een aureool van rust. En vaak als ik adviezen nodig heb, stuur ik hem een mail: “Kunnen we skypen vandaag?”
Nu was het omgekeerd. We bespraken de oproep, de organisatie, de noodzaak. Hij gaf zijn adviezen en commentaren. Het was al tegen enen. Mitchell en ik trekken de zaak. De oproep op Facebook was geplaatst en vanaf 01.00 uur begonnen mensen zich aan te melden voor de Tribute. We werken door aan een programma. Het is al 01.55 uur. We moeten slapen en morgen weer aan de slag.

De volgende ochtend vroeg vervolgde het mailverkeer tussen Mitchell en mij. Ik had een draaiboek gemaakt met een tijdschema. Het programma moest een grote inbreng van vrouwen en jongeren hebben. Mitchell, ik, Ernestine en Kenneth zouden als organisatoren spreken. We maakten een lijst van namen. De reacties waren hartverwarmend.
De Ghanese dichter Jerry Kno’Ledge Afriyie, die me in april had gevraagd om te spreken op een bijeenkomst over Anton de Kom antwoordde: “Hoe kan ik er niet bij zijn. Natuurlijk kom ik.” Jerry is niet alleen dichter, maar ook strijder. Dit jaar spraken we samen op de demonstratie op Beursplein tegen Zwarte Piet. Hij verklaarde toen: “Ik ga morgen tijdens de intocht op De Dam staan, ook al moet ik alleen staan.”
De Antilliaanse activist Kunta Rincho is de trekker van de organisatie Zwarte Piet Niet die de demonstratie op Beursplein had georganiseerd. Hij vroeg: “Broeder, ik ben trots op Mandela, maar ik ben ook kritisch. Kan zo’n geluid wel op die bijeenkomst?”
Ik: “Zo’n geluid mag niet ontbreken op de bijeenkomst.”
Wie gaat de bijeenkomst leiden? Mitchell vraagt Ashaki Leito, een zelfbewust jonge zwarte vrouw van NUC.
Mail van Mitchell: “Sisa Hansemuyé Ohemaa Amba , een marronvrouw die spiritualiteit koppelt met kunst, wil de bijeenkomst openen met een plengoffer.”
Bij de presentatie van het boek van de Antilliaanse schrijver Guillermo Rosario zong de jonge Gidiona Balentina Bob Marley’s redemption song. Ik bel haar manager Vincent da Silva. Hij: “Ze woont in Rotterdam. Ik zit in Duitsland. Maar moeten erbij zijn in Amsterdam.”
Miss Kitty. Ik zag haar videos op Facebook. Ze maakte diepe indruk op me. Een jonge moeder die haar eigen medium creëert en de zittende macht uitdaagt: “Op 5 december houd ik mijn kind thuis uit protest.” En de school roept de leerplicht ambtenaar. En zij antwoordt: “Geef me maar een boete.” Dit heet civil disobedience, burgerlijke ongehoorzaamheid. De weigering om je aan regels te houden die moreel verwerpelijk zijn. Zo is Mandela zijn carrière als activist begonnen. De leerplichtambtenaar vond ergens een regel die zegt dat je zeventien keer zoiets moet doen om in actie te komen. Dus school, zoek het maar uit.
Ik ontmoette haar voor het eerst in persoon op de Tribute to Mandela. Kitty, een jonge vrouw uit de nieuwe generatie zwarte activisten, schrijft geschiedenis met de camera in de ene hand en een kind in de andere.
Intussen gingen Mitchell en ik aan de slag met onze netwerken, tussen de verplichtingen van het dagelijkse werk om een boterham te verdienen. En we moesten ook nog onze eigen inleidingen voorbereiden.

En zo ging het de hele ochtend door, mailtjes heen en weer tussen Mitchell en mij. Aan het eind van de ochtend was het programma rond.
Aan het begin van de avond waren ze er allemaal: Ashaki Leito, Hansemuyé Ohemaa Amba, de dichters Jerry Kno’Ledge Afriyie, Kiza Magandane en Gershwin Bonevacia, de zangeres Gidiona, de motivator Kunta Rincho, de talkshow gasten Randall Maarman, Princess Atiah Duckworth, Laura Polder en Sarita Bajnath. Een team van organisatoren van de NUC – allemaal jonge vrouwen – waren aan het eind van de middag in de weer met het team van het Bijlmerpark Theater. Er moest een programmaboekje worden gemaakt. De zaal moest worden ingericht.
Door de koude regen stroomden 200 mensen het theater in en creëerden samen een warm deken voor herinneringen aan Madiba, zo noemen de Zuid Afrikanen hun geliefde Mandela.

Ernestine zette de toon. Het is geen toeval. Donderdag 5 december was code geel afgekondigd voor noodweer en het alternatieve Sinterklaas feest werd afgelast. Vrijdag 6 december, de dag van de Tribute, zou een evenement plaatsvinden in dit theater en dat werd ook afgelast.
Mitchell gaf de interpretatie. Nee, het is geen toeval. Want vanaf 2013, het jaar van de herdenking van 150 jaar onbeschaafde afschaffing van de slavernij, is 5 december Saint Mandela Day geworden. De komende jaren zullen Sinterklaas-racisten – zo noemen wij in Nederland de mensen die Zwarte Piet in stand willen houden – hun feest vieren. En onze kinderen zullen Saint Mandela Day vieren.
Kenneth vertelt dat hij hem in levende lijve had gezien, toen Mandela Amsterdam bezocht. “Ik klom op een tramhuis zodat ik hem goed kon zien, en hij mij!” En met “hij mij” gaf hij aan dat het om een emotie van twee richtingen ging: hij die Mandela eert en Mandela die moet weten dat er een generatie zwarte mensen in Nederland is die ook een strijd voert tegen racisme.
Ik vertelde het verhaal van de geschiedenis van de strijd tegen kolonialisme en apartheid in Zuid Afrika en legde uit waarom Mandela niet in 1980 werd vrijgelaten maar in 1990 en dat dat alles te maken had met Fidel Castro en de bevrijding van Angola. Ik liet dat zien aan de hand van een tijdtafel en een video van de ontmoeting van Nelson Mandela met Fidel Castro.
Miss Kitty gaf een gepassioneerde speech vanuit haar moederhart: “Ik ben moeder, dat is wat ik op de allereerste plaats ben. Niet alleen een moeder van het kind dat uit mijn schoot komt. Moeder ben je niet alleen van je eigen kind.”
Kunta Rincho eindigde zijn speech niet met “Rest in Peace”, maar “Rest in Power”
Ik zal niet alle bijdragen afzonderlijk behandelen. Ze staan op Facebook. De hele bijeenkomst is gefilmd door een crew van RTV7. Je ziet niet de beelden van NUC leden als Shivani Jagroep, Amanda Veldman en Jessy de Abreu die het geheel samen met de medewerkers van het Bijlmerpark Theater moesten managen, maar hun bijdragen zie je in de beelden van de organisatie van de Tribute.

Er is een nieuwe generatie zwarte jongeren in opkomst in Nederland. Het is de generatie van strijd en verzet. Het is de generatie van Mandela die haar hart niet is kwijt geraakt in haar portemonnee. Ze zitten niet in één organisatie. Ze zijn verspreid over verschillende netwerken met hun eigen tactieken en strategieën. Maar gisteren werd duidelijk dat er momenten zijn waar je bij elkaar MOET komen en samen MOET optreden. De ene keer staat de een op het podium en zit de ander in de zaal. De andere keer staat de ander op het podium en klapt de een met het publiek.
En het publiek? Dat bestond niet uit toeschouwers, maar uit deelnemers aan een dans waarbij de groet AMANDLA! (kracht) werd beantwoord met de slogan AWETHU! (aan ons). Een dans die door intense aandacht en betrokkenheid in het donkere koude Nederland een warme energie creëerde die ons in hogere sferen bracht.

Toen ik met de liefde van mijn leven terugreed naar Den Haag, droomde ik dat de energie van het Bijlmerpark Theater mij naar boven had gestuwd, boven de wolken van onze planeet. Daar zag ik hoe een hogere macht de geest van Mandela bevrijdde uit zijn lichaam.
Mandela zag mij en vroeg: “Waar woon je?”
En ik antwoordde: “In racistisch Nederland.”
Mandela reageerde: “Daar ben ik geweest!”

Ik vertelde hem over die nieuwe generatie, over Mitchell, Ashaki, Miss Kitty, Jerry Kno’Ledge Afriyie, Kunta Rincho, Kenneth en al die andere jonge mensen.
Ik zei tegen Madiba: “Kenneth had je gezien, hij stond op een tramhuis in Amsterdam.”
En Madiba zei: “Een tramhuis in Amsterdam? Ik herinner me het. Ik zag hem staan. Hij zwaaide naar mij en ik zwaaide terug.”
En ik verklapte: “Mitchell heeft 5 december uitgeroepen tot Saint Mandela Day. Kom je volgend jaar naar Amsterdam?”
En Madiba antwoordde: “Hoe kan ik niet komen als deze strijders mij uitnodigen?”

Sandew Hira

p.s. De hele bijeenkomst is te zien op http://nucnet.nl/tribute-to-nelson-mandela-amandla/ De powerpoint van mijn lezing is te downloaden op www.iisr.nl/download/SandewHiraMandela.ppt” Een volgende bijeenkomst waar de nieuwe generatie aan het woord komt is de presentatie van het boek van de jonge schrijver Djehuti-Ankh-Kheru, een lijvige studie over de geschiedenis van de Afrikaanse diaspora op zaterdag 14 december aanvang 14.00 uur in Podium Zuid Oost, Frissenstein 78 in Amsterdam Zuid Oost. Klik hier voor meer informatie voor de bijeenkomst die georganiseerd wordt door Podium Zuid Oost en IISR.
Advertenties

Thursday 28 March
Wednesday 27 March
Tuesday 26 March