Column: Politieke Borrelpraat (PBR) deel 165

“Ron, mijn baala-vriend, gefeliciteerd; die groep van je is bij de onlangs gepubliceerde cijfers van het ABS uit de bus gekomen als tweede grootste en als de snelstgroeiende etnische groep in ons land.”
“Beste Krish, mijn Bhaiwah-vriend, gefeliciteerd, jouw groep is nog steeds de grootste etnische groep in den lande en heeft in de vorige eeuw ook een periode van hele snelle groei gekend.”
“En Jules, gefeliciteerd, jouw groep van gemengden is samen met die van Ron de snelstgroeiende.”
“Maar ik vraag me in gemoede af: wat voor voordeel hebben wij eraan om steeds weer te weten hoeveel Hindostaantjes, Javaantjes, Chineesjes, Ceooltjes, Marrontjes enzo er in ons land zijn?”
“Deze cijfers zijn van belang voor de planning van onze ontwikkeling.”
“Vergooid geld, elke regering die komt, breekt toch dat van de vorige af en begint opnieuw het wiel uit te vinden: luku mi dya, dies n’a mi wiel!”
“Niet zo negatief, Jules; dat is onze manier van ontwikkeling.”
“Maar daarvoor hoef je toch niet steeds ook die etniciteiten te gaan tellen? Dat brengt meer sociale onrust.”
“Sociale onrust? Hoe bedoel je?”
“Kijk, mijn vrouw is Hindostaanse en na dat bericht in de krant belt die moeder van d’r, helemaal in paniek, ze wil weg, voordat ding…Ron, je weet hoe ze jullie ook noemen, iets met het Sranan-woord voor Jood aan het begin… voordat ding Baala, zal ik zeggen, tik a kondre abra. En mijn vrouw na het gesprek, trillend van angst en met grote ogen, zegt ze me dat ze ook weg wil uit dit mooie land. Zegt ze:’Ze roven ons al regelmatig, verkrachten en vermoorden ons om een beetje geld en schijnen onze dochters met liedjes over koeien en Zundapp met gouden stuur…”
“Nee, dat was een ander liedje, iets van een Impala met een gouden stuur…”
“Was dat dat liedje van Bang-bang-Maskieta rij je otomobiel, otomobiel sondro wiel…”
“Ging dat liedje niet over ene meneer Mesquita met de eerste wagen in Paramaribo…”
“Nee mang, die was van een Guyanees, die bracht vanuit Guyanana de eerste auto hier; op de kermis maakte hij met jou tegen een kleine vergoeding een ritje en hij was in Guyana gewend links te rijden, dus dat deed hij hier ook. En alle auto’s na hem deden dat ook; zo zijn we links blijven rijden.”
“Nee mang, dit is een sprookje; tijdens het Engels Tussenbestuur kwam er een verordening dat de koetsen links moesten houden. Zo is links verkeer gekomen en gebleven.”
“Ga meneer Loor vragen, dan weten we het zeker.”
“Een boek van hem komt binnenkort uit; heb je dat op Sternews niet gezien? Prachtig ding wordt dat!”
“We dwalen af, stel ongecontroleerd pratende zuiplappen; we hadden het erover: ‘in wiens belang is het eigenlijk dat we steeds etniciteiten tellen?”
“En ik vind het discriminerend dat ik daarbij op de hoop van ‘gemengden’ wordt geharkt.”
“Wie raszuiver is, werpe de eerste steen.”
“Ik zei dat het voor de planning van het beleid belangrijk is.”
“Het beleid richt zich toch op Surinamers en toch niet op groepje creooltje, groepje Hindostaantje, groepje Marrontje en ga zo voort.”
“Zo te zien doen we dat wel.”
“Toch zijn velen geschrokken van de sterke groeicijfers van de Marrons; zelfs de VeePee probeerde daar een geruststellende verklaring voor te geven.”
“Wat voor een verklaring?”
“Iets van: in het binnenland gaan bevallen en in de stad die kinderen laten wonen of zoiets.”
“Uitleg à la Robert Mehr-Ali, en zo zal het blijven; het bevalt maar daar.”
“Ik zeg: het zijn de politieke partijen die het grootste belang hebben bij het tellen van de etniciteiten en waar die wonen, dan kunnen ze kun politieke strategie daarop richten.”
“Nou, sommige etniciteiten hebben hun specifieke problemen.”
“Zijn die problemen dan dankzij al die etnische tellingen opgelost? Ze zijn eerder groter geworden.”
“Correctie, de politici van mijn partij hebben alle etniciteiten in huis; we kijken niet naar hokjes. Daarom zijn wij de grootste partij.”
“Ha, hoor daar wat! Grootste zijn, geen kunst. Grootste blijven, wel!”
“Wat bedoel je, verklaar je nader, jij met je drie of vier zetels.”
“Heren, rustig, elkaar niet denigreren.”
“Laat’em, straks valt hij ook terug op een handjevol zetels. Kijk hoe ze nu al onderling vechten om de politieke knikkers binnen die grootste partij van’em: twee kemphanen in Saramacca en ook Wanica is een vechttoneel; Baas heeft maar daar ten einde raad de verkiezingscampagne overgenomen.”
“Maar Nickerie is van de Prins van De Vesting, die de grootste wandelmarsgroep daar op de been heeft gebracht.”
“Mi lob’a politieke bluf f’a pah dati: ‘Als de straten van Nieuw-Nickerie niet zo kort waren, had ik nog een langere groep op de been gebracht.”
“En Lonneman had de tweede grootste groep tijdens de Nickerie Tweedaagse, dat zegt wat.”
“Plus hij vist midden in de vijver van Ome Paul Wong Pienter. Na Des was Pres komt Bigi Bravo for Pres.”
“Plus hij etaleert zich steeds sterker als een multi-etnische partij.”
“Ja, maar met een mono-etnische top.”
“Zie jij skatje Alice als First Lady?”
“Ik verbaas me om niets meer in dit land.”
“En waar was Chandrieka met z’n traditionele Oranjelopers?”
“Zeur niet; wij lopen in Wanica; we zullen laten zien dat de Indira Ghandiweg te kort voor ons zal zijn.”
“Dus kijk: bij de volgende verkiezing kun je je als kiezer afvragen:’Ga ik etnisch of niet-etnisch stemmen?”
“Okay, nu volg ik je: ik zeg bijvoorbeeld dat ik etnisch ga stemmen, wat dan?”
“Goed, dan heb je de keuze tussen Bhaiwah, Baalah, Pa-ih, en Bradah. Het is duidelijk dat Bhaiwah en Baalah de grote trekkers gaan worden binnen de etnische groep en Pa-ih probeert zo sterk mogelijk te worden om weer in middens te gaan chanteren.”
“En als ik niet-etnisch wil stemmen?”
“Dan is er weinig keus; ie abi f’tik Baas of Carl de Kristen; de grootste of de kleinste.”
“Ik zeg: stemmen op een grote partij maakt mijn stem klein, terwijl stemmen op een kleine partij maakt mijn stem groot.”
“Je bedoelt net zoiets als: je stem in Coronie brengt eerder een zetel binnen dan in Wanica.”
“Goed zo jongste zuiplap in ons midden, hier ga je politiek leren als je straks je G.D.P. gaat oprichten.”
“Jakkes, je begint weer met die idiote afkortingen van je. Waarvoor staat GDP?”
“Gemengde Dogla Partij, de snelst groeiende etnische groep.”
“Die naam klopt niet, dogla is al gemengd.”
“Wat klopt dan wel in dit land? Die Amerikanen pakken je zoon en je bewondert hun precisie; jijzelf zou het niet beter hebben gedaan. Die uitspraak heeft me ernstig aan het denken gezet. Wie prijst nou degenen die zoiets met je zoon doen?”
“En je laat mannen die je een toontje lager wilt laten zingen allerlei uitspraken over Attack Units en diplomatieke paspoorten doen.”
‘Die laatste heeft een fully blast van Sharmila Vrouwsaram gehad; ze noemde hem de liegende Buza-minister.”
“Kies dat mooi, hij waande zich teveel de Bevelhebber van Buza.”
“Baas is volgens mij weer eens druk bezig om, net als in de jaren ’80, met allerlei scenario’s om zich heen schoon te maaien; de verkiezingen zijn straks.”
“Maar dit hele arrestatie-ding heeft hem behoorlijke wat schade toegebracht.”
“Bereken de schade als het met dezelfde precisie een week vóór de verkiezingen was gebeurd. Dus liever nu het boven het hoofd gegroeide zoontje veilig laten opbergen en de belanghebbenden om hem heen een toontje lager te laten zingen, dan vlak vóór de verkiezingen.”
“En heeft Basis zelf enige politieke schade hiervan overgehouden? Integendeel; hij is er weer eens glansrijk schimpend, grappend en bluffend uit gekomen, met z’n straks dertiende kleinkind en op het puntje van de schoen enzo.”
“Maar ons land heeft weer eens schande een schande opgelopen.”
“Wie van hen spangt daarom? Zo lang ze hun eigen hachje kunnen redden.”
“En a imago f’oen kondre lai somen deuk, dat eentje erbij nauwelijks opvalt.”
“Heren, ik sluit deze vergadering; jullie kunnen je maar niet bij het onderwerp ‘volkstelling’ houden.”
“Ja, laten we doen wat we goed kunnen: ober, een rondje Black voor de heren. We toasten op tante Jenny en haar Surprise Party.”
“Ja, die is er een die dat ten volle verdient, proost op aunty Jen for pres!”

Rappa