Column: Kritiek
05 Aug 2013, 15:00
foto


Toen Obama de eerste keer tot president werd gekozen, besloot hij om zijn opponent en criticus in de campagne om de nominatie van de Democratische Partij, Hillary Clinton, op te nemen in zijn kabinet.
In Amerika vond men dat normaal. De redenering was als volgt: als je een team bouwt met mensen die zelfstandig kunnen denken, een eigen mening hebben en kritiek durven te geven, dan komt dat het besluitvormingsproces ten goede.
Klinkt redelijk, nietwaar?

Op allerlei andere terreinen klinkt dit ook redelijk, niet alleen op het terrein van beleid maken. In de wetenschap is kritiek zelf de eis om tot kennis te komen. Je stellingen moeten met argumenten onderbouwd worden en kritiek is de toets om te beoordelen of dat ook zo is.

Als iedereen onderkent dat kritiek goed is, waarom hebben veel mensen dan moeite met kritiek?
Twee weken geleden schreef ik in Starnieuws een recensie van een film van Jeroen Leijnders over de nationale held van Curaçao, Tula. Na vergelijking met de historische bronnen concludeer ik dat de film een vervalsing is van de historische werkelijkheid. Mijn kritiek heeft op Curaçao tot heftige discussies geleid. Het is gepubliceerd in het Antilliaans Dagblad. Een radiostation heeft me gebeld voor een interview. Anthony Godette, voorzitter van de partij Frente Obrero, heeft het gebruikt om de regering van Curaçao te bekritiseren die 5.000 kaarten voor de film wil kopen voor schoolkinderen.
Een collega van Leijnders, Dave Schram, reageerde op mijn kritiek. Hij begint mij te verwijten dat ik jaloers ben en denk de wijsheid in pacht te hebben.

Zijn reactie is een mooi voorbeeld van hoe kritiek eerst je emotie raakt, voordat het naar je verstand gaat, als het al ooit daar aankomt.

Wat is nou een goede manier om met kritiek om te gaan? Het is ontegenzeggelijk waar dat als iemand kritiek op je levert, dat je in eerste instantie geneigd bent om emotioneel te reageren. Ik ben in de loop der jaren getraind om die emotie van me af te zetten. Ik kijk eerst naar de argumenten van mijn criticus en probeer daar tegenargumenten te bedenken. Als ik die niet kan bedenken, dan geef ik dat toe en erken de kritiek.
Is het moeilijk om te doen? Helemaal niet. Het maakt me sterker en voel me zekerder, omdat ik zie wat mijn zwakke plekken zijn. En daar moet ik dan mee dealen.

Neem nu zo’n kritiek van Schram. Het komt erop neer dat je als er niets mis is met je argumenten, dan moet er iets mis zijn met je persoon. Hoe reageer ik daar op? Ik redeneer dan als volgt: stel dat er iets mis is met mijn persoon: ik deug niet, ik ben slecht, ik ben onaangenaam etc. Stel dat dat waar is voor jou, wat betekent dit voor mijn argumenten? In de redenering van mensen als Schram betekent dit: als de man niet deugt, dan deugen zijn argumenten automatisch niet. Er zijn mensen die daarin trappen.

Toen ik aangaf dat Schram zijn kritiek op mij persoonlijk was – dat recht heeft hij – en niet zakelijk, antwoordde hij: “Je moet wel boter op je hoofd hebben om zoiets te schrijven wanneer je het artikel leest: ‘TULA DE MISLUKKING’.”

Veel mensen hebben net als Schram veel moeite om een onderscheid te maken tussen persoonlijke kritiek en zakelijke kritiek. Persoonlijk kritiek is kritiek op de eigenschappen van een persoon (jaloers, wijsheid in pacht/arrogant). Zakelijk kritiek heeft betrekking op zaken, zoals een film. Als je een film slecht vindt, dan is dat geen kritiek op de eigenschap van de filmer, maar op het product die hij heeft gemaakt. De kwalificatie 'Tula de mislukking' is daarom zakelijke kritiek. Dit is basiskennis van de Nederlandse taal op het niveau van de inburgeringscursus voor Antillianen.

Voor mensen die dat onderscheid niet kunnen maken zeg ik: prima, uit maar persoonlijke kritiek. Mensen kunnen heus wel beoordelen of je argumenten naar voren brengt die betrekking hebben op zaken zoals beleid, een visie, een stelling etc.

Veel mensen kunnen wel begrijpen dat kritiek op een product van een persoon, geen persoonlijke kritiek is, maar hoe zit het met het bekritiseren van opvattingen van mensen. Is dat persoonlijke kritiek? Als ik zeg dat iemand koloniaal is in zijn opvattingen, is dat een kritiek op de persoonlijke eigenschappen. Dat zou best kunnen. Iemand kan geestelijk zo gekoloniseerd zijn dat het een eigenschap wordt van de persoon. Is de kritiek op zijn opvattingen dan gerechtvaardigd, omdat die persoon zich dan ook echt persoonlijk beledigd voelt?
Ik denk dat het gerechtvaardigd is. Ik vind dat je opvattingen mag bekritiseren en op basis van argumenten die opvattingen ook mag kwalificeren, d.w.z. van een oordeel voorzien.
Wat denkt u?

Sandew Hira
Advertenties

Wednesday 24 April
Tuesday 23 April
Monday 22 April