Column: Politieke Borrelpraat (PBR) deel 159

“Wat een verschrikkelijke aanrijding was dat, tot op het fietspad.”
“Onvoorstelbaar. Zo ga je vroeg uit huis om naar het werk te gaan en een of andere...eh, kl.. gr%$...potv*&..mb*$@k...lummel rijd je dood.”
“Nog erbij dronken.”
“En nog meer erbij: zonder rijbewijs.”
“En zeer zeker met veels te hoge snelheid, kijk hier die foto, die arme vrouw d’r ene onderbeen is weggerukt en d’r andere ligt in de kreukels.”
“En meneer is nog erbij lid van een gedisciplineerd korps, een wapendrager.”
“Dus meneer mag dronken, zonder rijbewijs arme burgers doodrijden?”
“Natuurlijk mag dat niet, stel je voor.”
“Er zijn landen waar je voor zulk een vergrijp de doodstraf krijgt.”
“Zou ik in dit geval niet erg vinden.”
“Kan je niet zeggen, het was een ongeluk.”
“Ja, het was een ongeluk dat je dronken, zonder rijbewijs in een auto stapt en dan ie trap’a gas, want ie hee, j’e stree f’go free en dan val je waarschijnlijk in slaap achter het stuur.”
“Levenslang, mang! Geef hem levenslang!”
“Of laat hem tot z’n dood de helft van zijn inkomen afstaan aan de nabestaanden.”
“Je hebt makkelijk praten, dat doe je zo een man niet aan; hij heeft misschien vrouw en kinderen, mensen die hij moet verzorgen.”
“Da zuip je de hele nacht door en rij je vroeg ’s morgens mensen tot op het fietspad dood? Ben je van lotje getikt? Wat scheelt je? Na sopi ie wan drieng so? Da ga levenslang brommen.”
“Maar ook een andere wapendrager rijdt in dronken toestand z’n wagen in brand. Er moet echt wat strenger gelet worden op wapendragers die zich bezuipen.”
“Heren, heren, als ik even mag bemoeien in jullie tori, ik kom net iets halen hier en hoor jullie je zo opwinden, ik wil alleen zeggen: jullie praten zo over geüniformeerde zuiplappen, maar jullie zitten hier zelf te zuipen en rijden straks ook dronken naar huis.”
“Bedankt voor uw bemoeienis, maar wij drinken op een verantwoorde manier.”
“Plus we hebben allen een rijbewijs.”
“Plus elke keer dat we hier zitten, netjes in een daarvoor bestemde ruimte, genaamd een bar, en niet buiten bij de opengeklapte kofferbak van onze auto, is een van ons De Lall.”
“De L..l?”
“Nee, goed luisteren, hij is De Lall. In Nederland zegt men: hij is de Bob.”
“Wat is dat? Een Bobboh.”
“Nee, één onder ons haalt ons op en die drinkt nauwelijks voor de avond. Aan het begin een glas, in het midden een glas en misschien nog eentje, en vanaf dan: non alcohol voor hem, plus hij eet flink wat, en dan blijft hij tot het eind en brengt ons thuis.”
“Oh, sorry heren, dan heb ik niets gezegd, goedenavond verder.’
“Terecht ergert minister Bellefleur zich aan het laakbaar gedrag van die betrokken ambtenaar.”
“Ik begin deze minister steeds hogere punten te geven.”
“En mi lob’a tori f’a a behandel a case foe a a-sem-lee-lid.”
“Welke case? Had eentje tjoekoe genomen zoals twee, drie van onze DC’s daaromtrent in opspraak zijn, momenteel?”
“Daar noem je ook zo een verworden korps, de goeden ertussen natuurlijk niet te na gesproken, maar er zitten opeens teveel burgervaders, nu tjoekoevaders en zelfs een burgermoeder in de beklaagdenbank.”
“Is niet waar, die laatstgenoemde heeft een donatie van een kermishouder aangenomen en dat geld aan sociale instellingen geschonken.”
“En die andere heeft vergunning voor het plaatsen van duikers gegeven, zeker ook tegen een sociale vergoeding?”
“Begrijp je nu waarom woonbuurten langzaam maar zeker in bedrijfsgebieden vol verkapte hoerententen, bars en wanstaltige betonnen en stalen bouwsels veranderen?”
“Omdat er geen bestemmingsplannen voor zulke buurten zijn.”
“Wat een goedkoop en doorzichtig excuus om in woonbuurten een opgekocht woonhuis sluipfasi te veranderen van auto-verkoopplek in een minimall en bar-dancing.”
“En je kan niets doen, want de DC heeft vergunning verleend, waarbij samengespannen wordt met dat andere corrupte nest, daar vlakbij het Indoor Stadion.”
“Maar bepaalde oostelijke ondernemers mogen elke hoek in een woonbuurt van schutting tot schutting volbouwen met hun wanstaltige betonnen blokkendozen; vraag maar hoe dat mogelijk is.”
“Op het commissariaat hoor je: is OW heeft toestemming verleend.”
“Bij OW hoor je: is de DC heeft gunstig advies verleend, want er is geen bestemmingsplan voor die wijk.”
“Bij HI hoor je: jullie zijn tegen het ondernemerschap.”
“Bij RGB hoor je: er is een planwet uit 1973, maar die heeft geen wettige status of een of andere flauwekul.”
“Jasses, we zijn overgeleverd aan een stel schuinsmarcheerders en wij arme burgers kunnen daar niet tegenop.”
“En er worden maar dienstwagens gekocht met ons belastingsgeld, dat mag vrijelijk.”
“Is dit de betekenis van Baas in eigen Huis? Moesten we daarom onafhankelijk worden om dit soort slinkse boeverij z’n gang te laten gaan?”
“Komt ervan als we óf thuisblijven bij de verkiezingen, óf steeds weer op allerlei foute figuren stemmen op grond van mooipraterij en populisme.”
“Maar die bewoners achter de Hermitage Mall hebben er schoon genoeg van; met borden voor hun huizen hebben ze kenbaar gemaakt dat ze de verdere commercialisering van hun woonbuurt willen stuiten.”
“Goed zo! De kruik gaat te water tot het kalf verdronken is.”
“Drink niet meer, wil je! Je begint wartaal uit te slaan.”
“Hoe krijg je het gedaan dat jouw buurt een bestemmingsplan krijgt als die er nog niet is? Want daar zit dat manco waar die beunhazen misbruik van maken.”
“Ik weet het niet, maar zeer zeker zal dat jaren duren, want men zal allerlei vertragingstechnieken en juridische spitsvondigheden vinden om het wettelijk instellen van bestemmingsplannen te saboteren, want dan kunnen ze geen tjoekoe meer nemen om allerlei geldwolven vergunning te geven om in woonbuurten magazijnen, massagesalons, goudverwerkingsbedrijven, helicopterplatforms....”
“Ja, ja, is genoeg daarover; je alcohol praat nu. Ik had het over mijn voorbeeldminister Bellefleur die een a-sem-lee-lid afgepoeierd heeft.”
“Waarmee?”
“Wel, die djooker had een bekeuring gehad wegens te hard rijden...”
“Zeker haastte die zich om op tijd te laat te komen voor een a-sem-lee-vergadering...”
“Onderbreek me niet nò? Volgens mij vroeg dat verachte lid, sorry voorzitter, dat geachte lid, vrijstelling van boetebetaling.”
“Ik had die djooker nóg een boete gegeven, en wel voor het benaderen van een minister met een onoorbaar, een ongeoorloofd voorstel, want ook dát is strafbaar.”
“Bellefleur wimpel a geachte lid netjes af door te zeggen dat de politie z’n werk doet en hij daar niet mee bemoeit.”
“Keweldik! Ik geef Bellefleur, onze baby-peetvader, een ruime voldoende voor deze werkwijze.”
“Daarom mi lob’a systeem foe Baas, van mijn leider van de Rev...”
“Is goed, bespaar me de rest, daar word ik misselijk van. Geef me de essentie: wat vind je zo goed van Baas z’n systeem?”
“Wel: verwissel ministers leki pamper, totdat je een ploeg sterke boys hebt. Kijk op justitie: na die rokerige vlechtenjongen zit daar nu een stevige figuur, okay, a bin babbel ptienso foeroe, maar dat controolt hij nu.”
“En waar nog meer? Kom met meer bewijzen!”
“Kijk Onderwijs. Ashwin wint, hij wordt Ashwint. Weet je hoe goed het doet een jonge minister zinnige dingen over onderwijs te horen zeggen en te zien doen?”
“En dat hij kunst en cultuur hoog acht. Gewoon a sdong baka wan harmonium sieng wan carifestaliedje. Dat heeft een zeer goede indruk op jong en oud gemaakt.”
“En die nieuwe baas op OW gaat de boel daar schoonvegen. Alle rommel van de afgelopen tien en meer jaren wegdozeren. Wakte, hij is al met die dienstwagens daar begonnen, jo sjie moro action.”
“En nog meer?”
“Die van Grondbeheer lijkt ook de goede kant op te gaan. Hij gaat de toewijzing van gronden versnellen, gaat de districten langs met grondbeschikkingen en zwicht niet voor onwettige occupanten en hun opdrachtgevers achter de schermen; hij ontvangt ze wel netjes voor een petitie waarin hun excuses.”
“Maar op Financiën zit niet bepaald een goedgewicht. Kijk dat geklungel met die pre-shipment controle. Natte-vingerwerk.”
“Sinds Pengel een probleemministerie.”
“En die ene in dat Hok zit ook op de schopstoel met z’n wazig concessiebeleid en die toestand bij de EBS.”
“En die van Sociale Zaken....”
“Zek niets van m’n skat, ik waarskuw je.”
“Okay, okay, sjorrie, ik sponser je een rondje.”
“Nee, later. Ik ben de Lall vanavond.”
“O ja, heren, proost op onze Lall.”

Rappa